Bijna tegelijk met de oorspronkelijke uitgave verscheen de Nederlandse vertaling, onder de titel 'Het Vonnis'. Halverwege de jaren zestig bereikt de zwarte strijd voor burgerrechten in Amerika een climax. In die strijd roert de beruchte Ku-Klux-Klan zich hevig. De Klan schuwt geen middel om de Verenigde Staten wit te houden. Intimidatie, geweldpleging en redeloze vernielzucht zijn aan de orde van de dag. Het doelwit van de Klan is Marvin Kramer, een Joodse jurist die zich inzet voor de rechten van de zwarten.
Wanneer er een aanslag wordt gepleegd op zijn praktijk, verliezen zijn beide zoontjes, een tweeling van vijf, het leven en Kramer zelf moet een amputatie van beide benen ondergaan. Nog op de dag van de aanslag wordt het fanatieke Klan-lid Sam Cayhall opgepakt. Twee rechtszaken volgen, maar omdat de jury niet tot een eenduidige uitspraak kan komen, moet de rechtbank Cayhall vrijlaten, ondanks een meer dan sterke verdenking over zijn betrokkenheid bij de moord.
In het begin van de jaren tachtig ziet een jurist met politieke ambities (hij wil senator worden) zijn kans echter schoon en heropent de rechtzaak. Uiteraard heeft hij -in vergelijking met twintig jaar geleden- het politiek-maatschappelijke klimaat mee. Sam Cayhall wordt schuldig bevonden en veroordeeld tot de doodstraf.
Twaalf jaar lang zien zijn advocaten kans om de uitvoering van het vonnis tegen te houden en is hij opgesloten in de dodengang van een gevangenis in Mississippi. Maar sinds een jaar weigert Cayhall verdere jurdische bijstand.
Dan besluit een jonge, pas afgestudeerde jurist, Adam Hall, de verdediging van de ter dood veroordeelde man op zich te nemen.
In 'Het Vonnis' beschrijft Grisham op de van hem bekende adembenemende manier de strijd die Hall voert, de motieven voor zijn inzet en de niet aflatende race tegen de klok: als Hall faalt zal Clayhall binnen enkele weken de dood vinden in de gaskamer.
Het boek onderscheidt zich in hoge mate van het voorgaande werk, waar de beschrijvingen van de rechtsgang werden afgewisseld met veel actie, door Grisham vaardig en met veel vaart neergezet. 'Het Vonnis' kent voornamelijk de actie van de rechtsgang zelf, wat overigens niet minder spannend is.
Deze keuze stelde de auteur in staat om een andere kant van zijn talenten te tonen: de psychologische portrettering van de hoofdfiguren en de wijze waarop hun individuele levens met elkaar verweven raken. Ook in dat opzicht blijkt Grisham een onbetwiste meester, zonder dat de karaktertekeningen ook maar een moment leiden tot krachteloos gepsychologiseer van de koude grond.
In het boek verwerkte Grisham een aardige vondst. Zijn voorlaatste boek 'De Jury' speelt in het stadje Clanton en hij laat enkele van zijn hoofdfiguren in 'Het Vonnis' daar een wandeling maken terwijl ze refereren aan de gebeurtenissen die in 'De Jury' centraal staan.
'Het Vonnis' is niet alleen een spannend boek, het stelt ook een belangrijk aspect van het Amerikaanse rechtsysteem aan de orde: de doodstraf.
In zijn Woord vooraf zegt John Grisham -zelf jurist- nog steeds te worstelen 'met het morele probleem van de doodstraf, en dat zal ook wel zo blijven'.
Zijn hoofdpersoon Adam Hall is een zeer principieel tegenstander, ook als hij frequent te maken krijgt met de racistische denkbeelden van zijn cliënt.
Het zou me niets verbazen als 'Het Vonnis' in Amerika zelf een nieuwe impuls zou geven aan de discussie over de toelaatbaarheid van deze rechtspraktijk.
Het is Grishams grote verdienste dat hij met 'Het Vonnis' heeft bewezen dat het zeer wel mogelijk is om een ingewikkeld ethisch probleem zo aan de orde te stellen, dat het een enerverend werk van verbeelding oplevert. Dat is DE manier om er een groot en breed publiek mee te confronteren. Alleen al daarvoor verdient de auteur respect en bewondering.
HARRY FLEURKE