Nederlandse Muziekdagen; een veelheid aan muziek


De honger naar Nederlandse muziek is weer gestild voor een jaar. Van 2 tot 4 december zijn de jaarlijkse Nederlandse muziekdagen gehouden in Muziekcentrum Vredenburg met op het programma vier premières, veel muziek van Willem Pijper en muziek met een veelheid aan bezettingen. De programmering getuigde van visie en er was rekening gehouden met het publiek; een steeds wisselende bezetting houd je wakker. Dit jaar waren er ook een aantal korte films te zien met muziek van hedendaagse Nederlandse componisten. Maar hoeveel muziek kan een mens op een avond behappen? De marathonvorm waarin de Nederlandse Muziekdagen gegoten zijn is enerzijds heel boeiend omdat je als publiek een representatief overzicht krijgt gepresenteerd, anderzijds gaat de vermoeidheid een grote rol spelen waardoor het enthousiasme van het publiek afneemt en de zaal steeds verder leegstroomt naarmate de avond vordert.

Premières

Zuidam
"Trance Position" van Rob Zuidam kreeg de eerste uitvoering op het eerste avondconcert. Dit stuk is het tweede deel van een nog te voltooien vierluik. Het eerste deel "Trance Formation" is eveneens gespeeld. De andere twee delen dragen de titels "Trance Figuration" en "Final Trance Dance" maar zijn beide nog in een prenataal stadium. De delen kunnen dus afzonderlijk uitgevoerd worden. Je weet niet wat je hoort. Zuidam houdt een sterke band met het verleden vast, een link met Pijper (dat ook in de programmering tot uiting kwam) is duidelijk te onderscheiden. Daarnaast heeft hij een eigen muzikale taal ontwikkeld die uitblinkt in diversiteit en vakmanschap. "Trance Formation" is zeer opzwepend en ritmisch zeer stuwend. Het element herhaling komt veelvuldig voor maar niet zonder reden. Vaak is herhaling vervelend, maar bij Zuidam leek het niet te vermijden, het vloeide als een logisch gevolg voort uit het muzikale materiaal. "Trance Postition" wordt gekenmerkt door broeierige samenklanken; gegons van bijen muzikaal vertaald in de strijkers. Het werk is buitengewoon spannend en de muzikale lijnen zeer langgerekt. Alles ontwikkelt zich vanuit kleine kiemcellen wat een hechte structurele eenheid tot gevolg heeft. De beide werken van Zuidam werden voortreffelijk gespeeld door het Radio Symfonie orkest onder leiding van Jac van Steen. De uitvoering had ZEGGINGSKRACHT. Van Steen is een meester in het inspireren en enthousiasmeren. Hij heeft een door en door begrip van de partituur en weet ook aan nieuwe noten een eigen interpretatie te geven.

De Bondt
Op de tweede avond werden er drie premières gespeeld: "Produkt" van Theo Verbey (Nederlandse première), "Walthamstow" van Andries van Rossum en "Dipl'Ereoo" van Cornelis de Bondt. Laatstgenoemde was een verrassing op alle fronten. Eerder dit jaar bij het twintigjarig bestaan van het Schönberg ensemble klonk "Het gebroken oor" van De Bondt. Ik schreef toen: Het gebroken oor is absoluut gedateerd en heeft geen enkele esthetische waarde. Het werk is saai en vervelend. Enige scepsis over "Dipl'Ereoo" was dus op zijn plaats. Het werk is geschreven voor koor en instrumentaal ensemble en is opgedragen aan Huub Kerstens, die het werk ook uitvoerde met het Koor en Ensemble Nieuwe Muziek. "Dipl'Ereoo" duurt zo'n 25 minuten en ik heb ondanks de belazerde uitvoering van het begin tot het eind op het puntje van mijn stoel gezeten. Prachtige, bezwangerde melodische lijnen in het koor en stuwende, pulserende en harkende motieven in het ensemble.

De tekst van de Griekse wijsgeer Empedokles gaat over de natuur. De titel betekent zoveel als een tweedelig verhaal vertellen, wat in de instrumentatie, koor versus orkest, heel sprekend tot uiting kwam. De Bondt onderzocht in "Het gebroken oor" het verval van de tonaliteit of liever de betrekkelijkheid van de auditieve ervaring van tonaliteit, door notenmateriaal van onder andere Beethoven te mengen en te permuteren met behulp van de computer. De ervaringen hiermee past De Bondt ook toe in "Dipl'Ereoo". De 'tonaliteit' als gegeven was in dit stuk zeer sterk aanwezig. De Bondt is eindelijk weer aan het componeren geslagen in plaats van expirimenteren. De uitvoering van het werk door het Koor en Ensemble Nieuwe Muziek onder de luidruchtige leiding van Huub Kerstens was zeer teleurstellend. Het koor was onzeker, de melodische lijnen daardoor smoezelig en onduidelijk. De klank was zeer terughoudend, de dynamische verschillen waren nauwelijks waarneembaar. Het koor stond zichzelf ook continu te controleren met behulp van een stemvork. Het is haast onmogelijk om temidden van zoveel lawaai de juiste toon te vinden naast het feit dat elke toon een functie zou moeten hebben in het geheel. Dit werk moet echt spatzuiver en zeer precies gezongen worden, pas dan komt de pracht die het werk in zich draagt tot uiting.

Van Rossum
"Walthamstow" van Andries van Rossum is een absoluut prachtwerkje van tien minuten. De bezetting is nogal eigenaardig: fluit, klarinet, mandoline, gitaar, harp, percussie, piano, viool en altviool. De relatie instrumentatie en het muzikale idee waren heel mooi in balans. Vaak is het zo dat een ongebruikelijke of vreemde bezetting tamelijk willekeurig klinkt, alsof buitenmuzikale overwegingen belangrijk zijn geweest bij de instrumentatie. Het werk wordt gekenmerkt door korte snelle notenwaarden die door de piano worden aangereikt aan de andere instrumenten, die op hun beurt het gegeven op eigen karakteristieke wijze verwerken. Het geheel had een exotisch karakter, was doorzichtig in zijn structuur, zacht en bijna lieflijk van klank. Het Nieuw Ensemble onder leiding van Ed Spanjaard was geheel in de geest van het werk: charmant, lieflijk, sterk en helder.

Verbey
"Produkt" van Theo Verbey kreeg op deze avond zijn Nederlandse première. De titel van het werk zegt alles. Verbey presenteerde een produkt dat bestaat uit drie secties. De eerste sectie is ontnuchterend en droog, de tweede heel melodisch en lyrisch, en de derde meer ritmisch georiënteerd. Verbey maakt gebruik van strikte getalsverhoudingen die de componist moeten beschermen tegen voor de hand liggende klassieke verhoudingen. Daarnaast streeft Verbey een goed klinkend resultaat na. Goed klinkend? Het klonk allemaal even nuchter en droog, ondanks de uitstekende prestaties van het Asko Ensemble onder leiding van Oliver Knussen sprak de titel teveel een waarheid. De ordening van de noten hebben een produkt opgeleverd, niets meer en niets minder.

Pijper
De componist Willem Pijper was goed vertegenwoordigd. Met maar liefst drie werken verdeeld over twee concerten. Het Radio Symfonie orkest onder leiding van Jac van Steen speelden het "Concerto voor piano en orkest" met als solist Ronald Brautigam en "Symfonie nr.3". Ed Spanjaard en het Radio Kamerorkest verzorgden een uitvoering van de "Fêtes Galantes". Pijper schreef stugge muziek. Je hoort het compositieproces er van af. Climaxen mogen niet en naar Pijper luisteren is nooit zomaar leuk. Pijper maakt gebruik van de door hem zo genoemde 'kiemceltechniek', waarbij de componist uitgaat van een kleine melodische of ritmische cel om van daaruit een ontwikkeling te genereren. Zijn muziek zit goed in elkaar maar er mist altijd iets. De uitvoering van "Symfonie nr.3" door Jac van Steen en het Radio Symfonie orkest was dan ook een openbaring. Van Steen bleek in staat Pijper te laten sprankelen en een geweldige climax te ontketenen aan het einde van het stuk. Zelden zo'n fantastische uitvoering van Pijper gehoord. De muziek was ineens vrij van compositorische processen of anderszins niet muzikale smetten. Het "Concerto voor piano en orkest" is een buitengewoon saai en flauw stuk en daar konden Ronald Brautigam en Jac van Steen ondanks de spetterende vertolking ook niets aan veranderen. De "Fêtes Galantes" door Ed Spanjaard en het Radio Kamer orkest konden de weergaloze uitvoering van Van Steen niet evenaren. Pijper klonk als Pijper, een beetje stug ondanks alle exotische elementen die verwerkt zijn in het stuk.

Resumerend
Een veelheid aan soorten muziek en bezettingen karakteriseerde de Nederlandse muziekdagen. Van Japanse temple bells in "Music for Marimba, vibraphone and Japanes temple bells" van Ton de Leeuw tot op de jazz geïnspireerde samenstellingen als in "Bons" van Theo Loevendie voor elf instrumentalisten en een improvisator. Voorafgaande aan en in de pauzes op de zaterdag(marathon)avond kon men het filmproject Hexagon bekijken in de filmzaal van Vredenburg. Allegri Films ontwikkelde in samenwerking met NOS Televisie dit project waarin zes hedendaagse Nederlandse componisten zijn gekoppeld aan zes Nederlandse regisseurs. De relatie tussen klank en beeld in zes korte filmpjes. Kortom een veelheid aan Nederlandse muziek, zoveel dat je onmogelijk alles kon bekijken en beluisteren. Het moet voor de componisten zoals Zuidam, Van Rossum, De Bondt, Wagenaar, Verbey en collegacomponisten een uitstekende congresvorm zijn. Genoemde componisten waren allemaal aanwezig om het applaus in ontvangst te nemen en de musici blijken van waardering te geven. In de pauzes werd er druk geconverseerd over de muzikale kwaliteiten van elkaars werk of de fantastische dan wel afschuwelijke interpretatie van hun werk of de ideeën die zomaar ineens kwamen boven drijven. Het lijkt me confronterend en gelijkertijd heel verhelderend het eigen werk te horen naast dat van anderen. De Nederlandse muziekdagen bewijzen hun nut ieder jaar weer, laten we hopen dat de subsidiekraan niet ineens dicht gaat.

KATJA BROOIJMANS


©St. NoPapers

Terug naar overzicht