De klarinet is in verhouding snel doorgedrongen tot een prominente
plaats in het symfonie-orkest. De klarinet is ontstaan rond 1700 uit de
chalumeau. De chalumeau is een volksklarinet waar Denner uit Nürnberg
kleppen en andere verbeteringen aan aanbracht. De klarinet maakt al vanaf
het midden van de 18de eeuw vast onderdeel uit van het orkest. Mozart heeft
bij de verdere integratie van het instrument een niet onbelangrijke rol
gespeeld. De componist schreef aan zijn vader op 3 december 1778: "Ach,
wenn wir doch auch nur Clarinetti hätten! - Si glauben nicht was eine
Sinfonie mit Flauten, Oboen und Clarinetten eine herrlichen Effect macht!"
Ondanks het feit dat de integratieperiode van de klarinet bijzonder kort
is geweest, heeft het instrument geen status als typisch solo-instrument.
Klarinetconcerten zijn er naar verhouding gering in aantal. Zo heeft Mozart
een klarinetconcert geschreven voor bassethoorn (altklarinet), verder klarinetconcerten
van Carl Maria von Weber en Johann en Carl Stamitz. De laatste schreef
er maar liefst elf.
Sabine Meyer kreeg voor haar vertolkingen van enkele Stamitz klarinetconcerten
de Echo-prijs 1994 als instrumentaliste van het jaar. Haar vertolkingen
zijn te beluisteren op een CD van EMI-classics met de Academy of St. Martin
in the Fields onder leiding van Iona Brown.
Sabine Meyer is een veelzijdig musicienne. Ze speelt van Klassiek
tot Jazz op hoog niveau. Daarnaast exploiteert ze onbekende muziek voor
vreemde bezettingen en interesseert zij zich voor meer dan enkel de noten;
historische achtergronden en feiten horen bij het musiceren. Volgens Meyer
komt muziek voort uit een eenheid tussen instrument, muzikant en de muziek
zelf, zij vloeien als het ware in elkaar over. Haar technisch kunnen is
onberispelijk, haar interpretaties zijn weldoordacht en geven blijk van
muzikaliteit en liefde voor muziek. Echter de klank is niet doordrenkt
met persoonlijkheid. Haar klankkleur is niet bijzonder en blijft een beetje
achter bij haar muzikale ideeën. Het is overigens een veel gehoorde
klacht met betrekking tot de instrumentalisten van tegenwoordig. 'Vroeger'
waren de technische kwaliteiten minder dan nu maar een solist had een overduidelijk
eigen karakter. Klank was belangrijk, interpretaties daardoor veel persoonlijker.
Het verschil met bij voorbeeld jazz-klarinettisten met betrekking tot
het karakter van de klank is bijna schrijnend. In de jazz heeft de eigen
klankkleur nog steeds prioriteit. Wellicht is het makkelijker een vergelijking
te trekken met solo-strijkers van de oude stempel als Isaac Stern en Rostropovits;
een enkele streek is genoeg om d.e uitvoerende te herkennen. Beide strijkers
hebben een onmiskenbaar eigen karakter
Om terug te keren naar Sabine Meyer, alhoewel haar ideeën over muziek
veelzeggend zijn, is haar klank te weinig karakteristiek. De cadensen en
versieringen die gebruikelijk zijn bij solo-concerten uit de Barok zijn
niet door Meyer zelf bedacht. Dat is jammer, ze zou met haar speelervaring
en muzikaliteit juist op deze plekken een interpretatie moeten geven. Tot
het begin van deze eeuw leverden vele solisten hun eigen cadensen en versieringen
en het is me een raadsel waarom dat niet meer bij de uitvoeringspraktijk
van vandaag hoort.
De Stamitz klarinetconcerten zijn in één woord welluidend
en van een behoorlijk hoog muzikaal niveau. Deze CD is dan ook heerlijk
om naar te luisteren. Het orkest onder leiding van Iona Brown begeleidt
uitstekend zonder opdringerig of overheersend te zijn.
KATJA BROOIJMANS