Nog niets aan de hand in Dresden


Lenin heeft eens over Beethovens 'Appassionata Sonate' gezegd dat het "verbazingwekkende, bovenmenselijke muziek" is, waaraan hij nog eens de bekentenis toevoegde dat het de kracht had hem sterk te beïnvloeden. Luisteren naar deze muziek bracht hem in een vriendelijke stemming waarin hij lieve, tedere dingen wilde zeggen en zachte klopjes op de hoofden van mensen wilde uitdelen. Maar, helaas: "Tegenwoordig kunnen we niet meer zomaar iemand een klopje geven zonder het gevaar dat onze hand wordt afgebeten," aldus Lenin.

De CD die hier ter tafel is gekomen, bevat geen verbazingwekkende Appassionata Sonate, maar wel muziek waaruit een vrij onbevangen notie van het leven spreekt. Het betreft een vijftal concerto's die zijn gesitueerd rond de muzikale scène in het Dresden van de eerste helft van de achttiende eeuw. Het is sprankelende, optimistische muziek waarvan men misschien wel in een tedere stemming van kan geraken, misschien wel door een gedachte als: "Ach, wat was het leven toen nog eenvoudig" (wat het natuurlijk niet was). Zeker is echter dat de muziek puur geschreven is voor het plezier in het muziek maken. Men ziet gewoon voor u hoe de leden van het orkest er genoegen in scheppen dat het allemaal zo goed en harmonisch klinkt, en met een grote voldoening over de perfectie van de composities op zich, maar waarschijnlijk ook over hun eigen virtuositeit die zij in deze werken volop kunnen uitleven.

De verzamelde "concerti per l'orchestra di Dresda" zijn van Antonio Vivaldi en een aantal Duitse componisten (Telemann, Heinichen, Fasch en Graun) die allen sterk beïnvloed werden door de stijl van Vivaldi. De Hofkapelle uit Dresden was in die tijd zo'n roemrucht en uitzonderlijk groot gezelschap van topmusici dat menig concert speciaal voor hen geschreven werd. De dirigent van het orkest, Johann Georg Pisendel, was van 1716 tot en met 1717 in Venetië geweest en was daar bevriend geraakt met zijn leermeester Vivaldi. Na zijn terugkeer introduceerde hij het Vivaldi-achtige concert. De traditionele concer- ti grossi zoals Duitsland die kende van met name Corelli, waren over het algemeen wat sobertjes voorzien van maar één solist, terwijl de veel rijkere orkestmuziek van Vivaldi geschreven werd voor 'vele solo-instrumenten'. Dat sloeg in, zowel bij het aristocratische publiek als bij componisten. Vivaldi, zich welbewust van de indruk die zijn werk aan de andere kant van de Alpen maakte, schreef ergens in de jaren twintig van de achttiende eeuw zijn beroemde 'Concerto per l'Orchestra di Dresda', waarin maar liefst veertien solopartijen zijn aan te wijzen. Van dit concert zult u in de CD-winkel vele uitvoeringen vinden, maar geen een waaruit blijkt wat de Duitsers met Vivaldi 'deden'. Dat is een belangrijke verdienste van deze Berlin Classics CD.

De Virtuosi Saxoniae leveren een nergens stokkende uitvoering waarin, naast de gedurfde keuze voor vrij onbekende componisten als Fasch, toch weinig risico's worden genomen. Er wordt vrij snel gespeeld en vrij hoog ingezet. De basso-continuo partijen krijgen in deze opname een ondergeschikte plaats toegewezen, waardoor de muziek een zekere warmte mist. Bovendien moet u de volumeknop flink omgooien om de partij van bijvoorbeeld het clavecimbel een beetje te kunnen volgen.

Er is eigenlijk maar weinig klassieke muziek die geschikt is als achtergrondmuziek, maar bij de hier verzamelde muziek kan u rustig een boek gaan lezen of met uw bezoek converseren. Alleen bij het concert van Telemann betrap ik mezelf er telkens op dat er een moment is waarop ik zit te wachten (vlak voor het eind van het Adagio), zo'n fraai en haast mystiek moment waarbij je toch even je hart vasthoudt, zelfs als je met iemand er doorheen zit te kletsen.

JÉMELJAN HAKEMULDER


©St. NoPapers

Terug naar overzicht