Het bevrijdingsfeest anno 1994 staat voor de jongeren in een ander daglicht dan voor de ouderen die de oorlog wel hebben meegemaakt. Met het opkomend racistisch element in onze samenleving is een dag als vandaag voor de jongeren wellicht op te vatten als een symbolische dag. Symbolisch in de zin van een bevrijding van intolerantie en nationalistische ideeën, nadat we ons op 4 mei massaal hebben druk gemaakt en nagedacht over dit gevaar dat van alle tijden blijkt te zijn. Een concert ter ere van de bevrijding in 1945 en het feest van de nieuwe bewustwording in 1994 is feestelijk ingeluid door de studenten van het Utrechts Conservatorium in de kleine zaal van Muziekcentrum Vredenburg. Op het programma stonden feestelijke muzieken van verschillende componisten; Poulenc, Gershwin, Pasculli en Piazzolla, voor eveneens feestelijke, verschillende bezettingen. Het concert ving aan na een toespraak van de voorzitter van de Stichting Stadsontspanning en het "Wilhelmus" door het saxofoonkwartet 'L'imprévu' bijgestaan door enkele spontaan zingende leden van de Stichting. Het Utrechts Conservatorium heeft een moeilijke tijd (achter de rug?). Het vertrek van Ton Hartsuiker als directeur, de financiële malaise en de komst van een nieuwe directrice die kort na haar aanstelling op non-actief is gesteld. Gelukkig is dat zeker niet te horen in de muzikale bijdragen van de studenten. Er is gepassioneerd en vol overgave gemusiceerd en talent is er voldoende. Een uitschieter is de pianist Stefan Hofkes die bevrijdend onconventioneel gekleed het podium besteeg en uit het hoofd de "Préludes voor piano" van Gershwin speelde. Niet allemaal even netjes maar zeer muzikaal en prachtig van klank in zowel het forte als het piano. Vaak hebben pianisten een voorkeur voor hard of zacht en dat komt tot uiting in de volheid van de klank. Zo was het piano van Elvira Schouten heel mooi maar het forte schel en veel minder fraai. Zij speelde samen met Albert Brouwer de "Sonate voor fluit en piano" van Poulenc. Het meest gezellig zijn de "Histoires du Tango" voor saxofoonkwartet door 'L'imprévu'. Ritmisch heel strak en vooral leuk om naar te luisteren. Een saxofoon heeft nog steeds iets geweldigs en net dat beetje extra. De klank van een sax spreekt tot de verbeelding en zolang het instrument geen onderdeel wordt van de vaste symfonie-orkest bezetting blijft dat waarschijnlijk zo. Het kwartet is goed in balans en is daardoor in staat goede nuanceverschillen in de muziek aan te brengen. Jacques de Graaf speelde de alt-hobo met een ademhalingstechniek die 'circulair breathing' wordt genoemd. De lengte van de frases besloegen zoveel maten dat dat nooit op één ademteug gehaald kan worden. Tijdens het spelen haalde hij door de neus adem zonder de stroom te onderbreken. Het alsmaar doorgaan van een toon is een vreemde gewaarwording maar werkt muzikaal heel verrassend. De "Hommage à Bellini" voor harp en alt-hobo van Pasculli kreeg hierdoor een nieuwe gedaante. Een geslaagd concert met veel talent en vooral leuke muziek!
KATJA BEOOIJMANS