Wekelijks Kurhaus-live


Op deze druilerige zatermorgen even voor elf uur op Radio 4 afgestemd voor het wekelijkse liveconcert vanuit het Kurhaus te Scheveningen. De presentator Hans van den Boom kondigt een leuk programma aan, uitgevoerd door bekende musici. Dit zijn respectievelijk Abby de Quant(!) op fluit, Jean Decroos op cello en Elisabeth van Malden op piano. Vleugel dus.

Gestart wordt met een vrolijk getint Trio in G van Haydn, Hoboken 15 no 15. De presentator meldt vooraf dat de cellopartij ter versterking van de piano werd geschreven. De balans tussen cello en piano is echter sterk in het voordeel van de cello, zeker aan het begin. In de loop van het stuk trekt dit iets bij, toch blijft de cello sterk op de voorgrond. Mij hindert dit in het geheel niet, zeker op deze cocoonmorgen gaat zo'n melancholiek klinkende cello er bij mij in als koek. De toonvorming van de fluit is werkelijk prachtig. Ook het samenspel is heel goed. Aan het applaus dat opklinkt te horen, zijn toch zeker zo'n honderd mensen naar dit luxe strandhuis getrokken, niet afgeschrikt door een strand vol gifzakjes. En dat publiek gedraagt zich voorbeeldig, want ergerlijk kuchen heb ik nog niet kunnen bespeuren. Misschien een tip voor veel directies van muziektempels: Zeg gewoon dat je live de lucht in gaat...

Als tweede werk staan een 4-tal deeltjes uit het Opus 83 van Max Bruch op de muzieklessenaar. Bruch schreef de fluitpartij voor viool, alternatief klarinet. Dat is dus wennen. Zo'n fluit is toch heel iets anders dan een viool. Mij bevalt deze uitvoering dan ook minder. Het komt allemaal ook wat traag op gang en soms hapert het samenspel iets. Alleen bij het laatste allegro vivace keert het heilig vuur weer enigszins terug.

Snel dus door naar Martinu, de door de tweede wereldoorlog uit Europa verdreven componist die naar Amerika vluchtte. Van hem eveneens een Trio, als ik het wel heb in F. Centraal staat daarin een lyrisch adagio, mooi ingehouden uitgevoerd door de musici. Naar Martinu maatstaven gerekend is het een vrolijk stuk, zeker het laatste deel was hij blijkbaar goedgemutst. Er wordt goed gespeeld. Inmiddels begint het publiek te vergeten dat er was afgesproken niet te kuchen/hoesten, vooral de stiltes tussen de delen moeten het ontgelden. Zoals vaak. En dan is het al weer tegen twaalven. Tijdens het opklinkend applaus kijk ik naar buiten. Het is er ontegenzeggelijk lichter geworden.

COR ROELEVELD


©St. NoPapers

Terug naar overzicht