Als men inmiddels niet beter wist, zou het publiek gedacht kunnen hebben dat het Radio Filharmonisch Orkest speelde alsof het leven van de musici ervan afhing. Maar, de minister van WVC heeft besloten dat alle omroeporkesten mogen blijven en dus zullen we maar denken dat zich in de grote inzet van het orkest tijdens een concert in de serie Veronica's Meesterwerken opluchting over dit besluit en een soort bewijs van de juistheid daarvan weerspiegelden. Hoe dan ook, onder leiding van dirigent Ivan Fischer gaf het orkest een daverende uitvoering van een niet helemaal dertien-in-een-dozijn programma.
Schumann's Ouverture Manfred is een stuk van uitersten, zoals ook het gelijknamige toneelstuk van Byron dat is. De overige vijftien onderdelen van deze toneelmuziek worden nauwelijks meer uitgevoerd, maar de ouverture heeft repertoire gehouden. Sterker nog, deze wordt gezien als behorende tot het beste wat deze componist heeft gemaakt. Voor een ouverture is het stuk zelfs aan de lange kant en men zou zich kunnen voorstellen dat het publiek in de oorspronkelijke toneelsituatie voor het eind onrustig werd. Een regisseur kan dat eventueel ondervangen door al eerder iets op het toneel te laten zien. Maar, deze overweging is tegenwoordig in feite hypothetisch: wanneer heeft de lezer voor het laatste Byron's Manfred aangekondigd gezien?
Ivan Fischer liet het orkest meteen vaart zetten achter een explosieve vertolking, die vanaf de eerste noot de aandacht gevangen hield en waarin ook (of misschien zelfs wel juist) de rusten heel spannend waren. In dit gedreven geheel met felle accenten klonk het orkest behalve alert ook warm en mild. Enkele kleine missers (eerste violen als sologroep soms even onzeker en net ongelijke houtblazers) doen daar niets aan af, geven juist aan dat het allemaal toch mensenwerk blijft. En gelukkig maar, want geen synthesizer, hoe perfect geprogrammeerd ook, zou zo meeslepend kunnen spelen. Kortom, romantiek ten top.
Onbekend
Louis Spohr (1784-1859) zal voor velen een onbekende naam zijn.
Toch werd hij tijdens zijn leven als een van de belangrijkste componisten
van Duitsland beschouwd. Hoewel hij ook opera's, 9 symfonieën en kamermuziek
schreef, kregen strijkinstrumenten in zijn oeuvre buitenproportioneel veel
aandacht. Spohr was zelf violist, componeerde maar liefst 15 vioolconcerten
en binnen de kamermuziek experimenteerde hij met bezettingen. Zo ontstonden
bijvoorbeeld twee dubbelkwartetten èn het wel heel ongebruikelijke
concert voor strijkkwartet en orkest (1845). Bij zijn vioolconcerten is
het hem wel gelukt de orkestpartij interessant te maken maar in het concert
voor strijkkwartet en orkest is in dit opzicht sprake van een niet meer
dan ondergeschikte begeleiding. Het zou me overigens interessant lijken
het kwartetaandeel eens zonder orkest te horen. Afgezien van wat rusten
speelt zich daar een vrijwel volwaardig strijkkwartet af. De orkestbezetting
werd bij deze gelegenheid terecht klein gehouden (met bijvoorbeeld maar
drie celli) omdat anders natuurlijk de balans tussen kwartet en orkest
scheef zou liggen. Het lijkt misschien vreemd, want één viool
neemt het in een vioolconcert toch ook op tegen een heel orkest, maar door
de specifieke eisen aan het schrijven voor strijkkwartet kunnen niet altijd
liggingen en registers gekozen worden die zo aanspreken dat ze inderdaad
boven de begeleiding uitkomen. Spohr zo had de mogelijkheid veel warmte
in zijn muziek te leggen.
De vier heren van het Raphael Kwartet maken ook deel uit van de diverse omroeporkesten. In dit toch wel curieuze concert was hun aandeel veelal zangerig en lyrisch, al waren er hier en daar duidelijk kleine problemen met de zuiverheid. Het Radio Filharmonisch had dan wel een ondergeschikte rol, maar er werd toch stevig gespeeld - echte ondersteuning dus - zonder opdringerig te zijn. Het geheel straalde de zorgeloosheid uit, die we zo vaak in Spohrs muziek tegenkomen.
Heimwee
De negende en laatste symfonie van de Tsjechische componist Antonìn
Dvorák (1841-1904) is ongetwijfeld ook zijn bekendste. De toevoeging
'Uit de Nieuwe Wereld' geeft aan dat het werk in de Verenigde Staten werd
geschreven, waar hij vanaf 1892 drie jaar verbleef als directeur van het
New Yorkse conservatorium. Tijdens zijn verblijf daar was hij ondanks,
of misschien juist wel door heimwee heel produktief en schreef naast deze
symfonie ook zijn celloconcert en het Kwartet in F, dat vanwege de thematiek
de bijnaam, Negerkwartet' heeft gekregen, de tendens is tegenwoordig echter
om het Amerikaans kwartet te noemen. Heimwee dus, en die is vooral in het
tweede deel met die prachtige solo op Engelse hoorn (althobo) terug te
horen. Verder bruist het hele werk van levendigheid - de weerslag van het
leven in Amerika - terwijl het tegelijkertijd onmiskenbaar Tsjechisch van
karakter is. Drie delen lang wordt de luisteraar steeds weer geconfronteerd
met een welluidend thema, dat overal opduikt. En dan plotseling in het
laatste deel is er dan een nieuw, nog krachtigere thema dat op een organische
manier voortgekomen lijkt te zijn uit het vorige. In elk geval is dat de
melodie waar ik het hele stuk lang al op zit te wachten en dan is het telkens
weer een machtige ervaring als het koper het voor de eerste keer ferm inzet.
Ivan Fischer (geb. 1951) treedt niet al te vaak op in Nederland, maar heeft
elders op verschillende gebieden al zijn sporen verdiend. Deze dirigent
weet het orkest voortdurend te bezielen en alert te houden. De energie
spatte van de Negende af en dan zijn de rustige gedeelten van zo'n Largo
zo prachtig kalm en bijna ontspannen. De dramatiek en de kracht van de
totale uitvoering was voor de luisteraars heel opwindend: de zaal reageerde
dan ook buitengewoon enthousiast. En terecht, want orkest en dirigent maakten
van een stuk, dat toch min of meer onderdeel uitmaakt van het ijzeren repertoire
een belevenis die iedereen op het puntje van zijn stoel hield. Het voordeel
van concerten gegeven in samenwerking met de radio is dat er altijd nog
een herkansing buiten de concertzaal is. In dit geval kan dat op ZONDAG
2 MEI. Dan wordt tussen 11 en 13 uur via Radio 4 dit afwisselende concert
uitgezonden.
PRISKA FRANK