Fidelio is een van de vele kleine Nederlandse klassieke CD-labels, die de laatste jaren zijn ontstaan. Onlangs brachten ze de voordelig geprijsde Makkummer-serie uit, genoemd naar de tegeltjes met muzikale afbeeldingen, die op de voorzijde van de 'boekjes' zijn afgedrukt. Een eerste reeks van acht CD's is recent verschenen; er zullen er meer volgen. Overigens betreft het hier steeds opnames, die eerder op het Pickwick-label zijn uitgekomen. Voor het celloconcert en de Enigma-variaties was dat repectievelijk in 1990 en 1989.
Hoewel het hier om populaire klassieken gaat, blijft het jammer dat er in het geval van zo'n klein prijsje kennelijk geen budget meer overschiet voor een toelichting, hoe beperkt ook, op muziek en/of uitvoerenden. Beide hier opgenomen stukken van Elgar behoren tot zijn populairste, slechts overtroffen door de eerste Pomp and Circumstance mars (met het onontkoombare 'Land of Hope and Glory' en de Last night of the Proms-traditie). Van het celloconcert speelde volgens velen Jacqueline du Pré de definitieve vertolking, maar Felix Schmidt kan er hier ook wat van. Zijn spel is steeds kernachtig, contrastrijk en toch evenwichtig. De lyriek van deze muziek komt ten volle naar voren, vooral ook doordat de cellist vrij met de tempi omgaat (rubato). De muziek ontspint zich zo in alle rust. Frübeck de Burgos dirigeert het orkest in een prachtige begeleiding, diesteeds moeiteloos aansluit bij wat de solist doet. In de opname is de cello net iets naar voren geschoven, maar zo dat de balans natuurlijk blijft. De majestueuze muziek krijgt de ruimte om te klinken, het grote dynamische bereik is onaangetast gebleven. Een plezierige opname dus, van een uitvoering, die inderdaad de moeite van het heruitbrengen waard is.
Enigma
Elgars Enigma's zijn inmiddels geen raadsels meer. Achter intrigerende
initialen als C.A.E., R.P.A. en E.D.U., achter Nimrod en Dorabella etcetera
bleken vrienden van de componist schuil te gaan. De Nederlandse musicoloog
Theo van Houten wist in 1975 uiteindelijk de woordgrappen van de componist
te ontcijferen. Elgar's patriottisme blijkt ook hier, namelijk in het thema
dat bestaat uit de noten waarop 'never' in Rule Britannia (Britain never
never shall be slaves...) is gezet. De veertien variaties brengen dat thema
in heel uiteenlopende vermommingen. Thematisch is er zelfs een verband
tussen de variatie B.G.N. en het Adagio uit het celloconcert, dat 20 jaar
later onstond. Deze onmiskenbare Elgar-muziek biedt alles van luidruchtige
orkestpassages tot intieme soli. Ook hier wordt met een zekere vrijheid
gemusiceerd. Een enkele keer rommelt het wat (H.D.S.P.), maar voor het
overige speelt het Londens Symfonie Orkest gloedvol met vloeiende bewegingen,
spanning en waar nodig ontspanning. Meer dan eens worden crescendi prachtig
geleidelijk opgebouwd. De opname laat niets te wensen over. De transparantie
ervan geeft veel details, met name ook in het slagwerk, te horen waardoor
je als luisteraar echt het gevoel hebt er midden tussen te zitten. Dit
tegeltje heeft dus zeker zijn kwaliteiten.
PRISKA FRANK