Nicoloeschja Kniese



de danseressen....
in het moeras...
dauw
Beweging
November


De danseressen van de dood

gaan langzaam,

ze koelen hun voeten.

Ze kijken op en om.

Verschoven droom

verandert de kleur van de nacht.

Er is landschap.

Statig stappen ze

hun dans na,

gaan snel;

De danseressen van de dood

gaan langzaam,

ze koelen hun voeten.

Ze kijken op en om.

***


In het moeras groeit thee


Buiten

mijn hoofd in de zon

mijn haar in de zomer.

Zal ik klaver eten

en in de weegbree bijten?

Mijn fiets raast erheen:

omhoog, omlaag het duin;

de kruizemunt in.

Het gras groeit wild

in augustus.

***



dauw is een kussen vol licht

de randen blijven water.


ik roep een wild verlangen;

kalende natte takken

striemen het grijs,

een tuimeling door wind

en regen:

mijn liefde is kruiend ijs.


en als het licht is, na het donker,

als het stil is in de dauw,

dan zeg ik je, dat

ik verlang.

***



Beweging


Beweging is de stilte

van de dans

langzaam langzaam

dromend van een kans

als een koel blad

te vallen

en zingend kringelend

onder gaan en dan

duizelend suiselend

verder gaan

vlinderblad in bladerwind

wilde jacht in bliksemtint

mijn wezen is de stilte

van een helle dondermorgen

ik heb de stormwind

nog niet voor je gedanst.

***



november


ik vlucht weg in wilde regen

straks komt een grote, dode tijd

in mijn hol zie ik ontdaan

de storm

de avond is kaal

ik eet een rups



NICOLOESCHJA KNIESE


©St. NoPapers

Terug naar overzicht