Didi de Paris



Blake

1.

Er hing onweder in de lucht. Het was de koning zijn verjaardag en de regering had net een nieuwe wet uitgevaardigd. Voortaan moest iedereen om het kwartier enkele danspasjes uitvoeren.
Typisch een besluit voor een marionettenregering, hoorde men knarsetanden. Gelukkig zijn er nog geen richtlijnen uitgevaardigd over de dansstijl, riepen de geboren optimisten luidkeels. Toch keek iedereen voorzichtig om zich heen alvorens de eigen mening te geven.
Men was bang; voor meningitis.
Het uiten van opinies was verplicht, jaren geleden vervat in de assertiviteitswet. Op de uitvoering van nieuwe wetten kijkt men het strengst toe. Het regende zware boetes.

Zoals steeds werd de nieuwe richtlijn door de massa slaafs opgevolgd. Een minderheid hield in de mate van het mogelijke halsstarrig het been stijf. Een nog kleinere groep van fanatieke wetsopvolgers, onder hen veel goeroes, sjamanen en bidsprinkhanen, zag in de geest van de wet een heropleving van het spiritueel leven. Zij gooiden zich vier keer per uur vol overgave ter aarde, rolden vloekend, scheldend en schuimbekkend over het tapijt, kreten slakend zoals 'Rock My Religion!' en 'Yeah, man!'.
Hemelse gezangen daalden neder, vurige tongen en spreekkoren op tv. Op alle netten waren er debatten en panelgesprekken. Het zou de bloedsomloop stimuleren, de mensen zouden ouder worden. De contra's sisten dat de sociale zekerheidskas al leeg was. De voorstanders wezen er op dat in China het werkvolk, alvorens in de fabriek aan de slag te gaan, toch ook verplicht werd eerst in de ochtendlijke straten Tai Chi oefeningen te doen. Hierop zou een westerse variant gevonden worden: alle vrouwen komen een half uurtje eerder naar kantoor, en geven zich over aan Slender You Programms, overal zet men giant screens met Jane Fonda die haar Aerobics lipt. Als beloning mag de disco voor de rest van de dag aanblijven; een beat die hoger ligt dan de menselijke hartslag kan het Bruto Nationaal Product alleen maar opdrijven.

Zoals elke andere discussie raakte ook deze in het slop, sommigen zagen hierin een bewijs van de levendigheid ervan. Het raakte Blake zijn koude kleren niet. Hij stapte er gewoon weer in, elke ochtend opnieuw. Hij was een man uit een stuk, als avondgebed een whisky en als ochtendgebed krabde hij zich in het kruis.
Hij ging naar beneden, een nieuwe dag stond voor de deur. Als hij zich verveelde, wat wel eens vaker voorkwam, veroorzaakte hij 's ochtends op weg naar kantoor enkele kettingbotsingen. Glasgerinkel in de ochtend klonk hem als muziek in de oren. Zijn auto lag aan de ketting. Wetten veranderen om de haverklap. Over de wagen hingen spinnewebben.
De handen in de zakken, zijn hoed tot net boven de ogen getrokken, zo liep Blake tussen twee kwartieren in, en zoals gewoonlijk in gedachten verzonken, door het park. Zijn hippocampus jeukte. Gelukkig zat zijn schedelpan er als een bolster omheen. Een bolster met stekels, maar dan niet groen. Veeleer een valhelm. Er was sprake van dat de valhelm verplicht zou worden voor voetgangers.

"Er ligt een hoer op sterven." Zo zegt men dat als men iemand in z'n schaamhaar ziet krabben." 't Zal toch geen venerische ziekte zijn zeker. Aan iemand denken is tegenwoordig al genoeg om een vuile ziekte op te lopen."
Achter hem lagen de sportvelden, hij stond met zijn beide voeten op de houten brug over de vijver. Wonderlijke constructie! Penetrante geur van houtbeschermende producten. Overal in het gras madeliefjes. Moest eens gemaaid worden. De stank van gemaaid gras deed hem telkens aan zomer denken. Meer bepaald aan de gevaren van het zonnebaden. Het zonlicht op het water weerkaatst verwarmde een helft van zijn gezicht. Zijn hoofd was als de aarde: ijskoud aan de ene kant, bloedheet aan de andere. Populieren en intreurige wilgen. Op het water zwommen eendjes, aan de kant, verborgen in dicht struikgewas, synchroniseerden oudere werklozen de jonge eendjes. Pure mimicry! Het was hun job. Geen moeite werd gespaard om het park te reanimeren. De bezoeker werd een perfekte imitatie van lente voorgespiegeld. Het park stond in bloei.
Voor al dat moois had Blake geen oog. Zijn aandacht ging uit naar zijn kleding. Een witte broek, model safari, netjes gestreken. Donkerbruine schoenen waarin men zich kan spiegelen, met daaronder dikke rubberen zolen, bobbing shoes. Bruine lederen jekker. De haren punk maar proper in pieken rechtop, resultaat van een kwak wet look gel. Een zorgvuldig uiterlijk, en de juiste dosis zonnebank, Niet teveel, anders is het slecht voor de gezondheid, en daar kan je de doodstraf voor krijgen, vanwege het slechte voorbeeld geven en het overschrijden van de rassenwetten die ook al weer een tijdje terug van onder het stof vandaan gehaald zijn. De mens is slechts een kameleon van de seizoenen.

Op de grasvelden in het park graasden horden wilde koeien. In de plantsoenen stoften werklozen de plastic bloemen af. Ze waren goed gelukt dat jaar, zowel de werklozen als de bloemen, beide made in Taiwan. Op een bank zat een hond met een bril op, zijn krant te lezen, tussendoor floot het dier naar een man die met een schopje in de zandbak speelde. De bomen stonden er zoals gewoonlijk onbewogen bij, te wachten op de volgende volkstelling. De aanplanting leek wel het werk van een reusachtige onzichtbare oosterse bloemenschikker; de eiken, de beuken, wilde en tamme kastanjelaars etc. door de architect per kleur opgesteld als tinnensoldaatjes (in formatie).
De mensen daarentegen waren niet veel meer dan een joggend mierennest. Zweterig en buiten adem, rood aangelopen, alsof hun hoofd elk ogenblik kon ontploffen. Kleurlingen, zwervers, mannen met lange jassen. Explosief materiaal. Bureelbedienden die nog even hun hond uit lieten. Oudjes op de banken. Spelende kinderen op de grasvelden.
Jonge moeders en hun kroost, voederen de eendjes en de hertjes. Bij vrouwen zijn de hersenzones die instaan voor het vinden van het beste voedsel om in het zogen en grootbrengen van de jongen te voorzien, het sterkst ontwikkeld.

Hoe lang zal de regering deze wanorde nog dulden, vroeg Blake zich af. De gedachten aan de gang van zaken in de wereld lieten hem niet los. Bij elke stap zonk hij er dieper in weg. Hij probeerde er achter te komen waaraan hij precies zat te denken. Het was de hoogste tijd dat hij zichzelf eens luchtte. Al de hele nacht groeide zijn hoofd. Hij kon er nog net, zonder iets om te stoten, mee in de living. Naar buiten gaan vergde al enig wrik- en wringwerk. De vraag bleef natuurlijk of hij er straks weer mee binnen kon.
Hij kon er mee door. Blake wiste zich het zweet van het voorhoofd. Het begon er op te lijken dat het inmiddels dan toch zomer geworden was. In welk seizoen was hij vertrokken? In welk seizoen zal hij aankomen? Was zijn kleding niet te fleurig voor de tijd van het jaar? Het weder was wisselvallig. De kleding moet synchroon met de seizoenen zijn. Hoe laat is het? Komt het nog wel ooit goed?
Hij vond het park het mooist wanneer het er verlaten bij lag. Op zondag is het hier een drukte van jewelste. Dus klopte er iets niet met de tijd. Of misschien waren er die ochtend ruimtewezens geland en hadden zij in een vlaag van wereldverbeteringswaanzin alle mensen hun auto's gesaboteerd.

Blake fronste de wenkbrauwen toen hij even op een rijtje stelde hoeveel machines een mens nodig heeft voor zijn verzorging. "De machines onze geisha's! 's Avonds in de huiskamer vertelt een machine ons (voor het slapengaan) verhaaltjes met beeldjes, klank en kleur. De mens wordt de slaaf (het huisdier) van de machine-god. En toch: zonder de techniek is er geen verdere evolutie denkbaar. De mens is de enige diersoort die kan nadenken over de eigen evolutie, en die zelfs kan bepalen hoe het verder moet.
Evolutie? Neen, we gaan weer in omgekeerde richting! Een mens en een god, daaruit komt een halfgod tevoorschijn. Na een tijdje zullen de mensen verdwijnen (weer stom worden: teevee-ogen, walkman-oren, de huizen storten in en de mens verliest zijn vuur.). In de plaats daarvan zal de wereld weer bevolkt zijn door een handvol halfgoden. Die zullen uiteindelijk allemaal in ware James Bond stijl hun supersonische straalmotorgordel omsjorren en dan tenslotte en masse - Tsjonge, tsjonge, tsjonge! Wat een scene! - ten hemel opstijgen. Nadat zij de hemelingen, de goden vervoegd hebben, zullen zij hier op aarde chaos achterlaten. De evolutie is haar tijd ver vooruit!"

Alhoewel hij dacht dat het nog maar middag was, was het ondertussen reeds herfst. De nerven van de boomstammen. Het bladerentapijt. Wolkenhemel. Een hertje vlucht weg.

Zijn naam is hem op het lijf geschreven. Heel lang geleden, toen hij nog klein was, dronk hij eens een fles bleekwater leeg, en nog niet zo lang geleden hebben ze zijn maag moeten leegpompen. Hij neemt vaak Rennies. Maar toch voorzichtig. De eeuwige jeugd bereikt men immers door een juist en efficiënt toepassen van de juiste combinatie van multi-vitaminepreparaten, beauty farms, fitnessprogramma's en plastische chirurgie. Haarverf, hairwaving, anti-rimpelcrème, celterapie. Retine-A. Met getrokken degen de tijd tegemoet.

Naadloos vloeide de herfst over in winter. Blake wiste zijn zweet af. Onbegonnen werk; zijn lichaam trad buiten zijn oevers, zijn porieën leden dijkbreuk. Blake was bang om te sterven. Bij voorbeeld door dood te vriezen. Een reële kans. Aan de Noordpool bij voorbeeld, dragen de mensen onder hun berehuid - in tegenstelling tot wat hij altijd gedacht had - slechts één hemdje. Het is een hele opdracht om zich te kleden naar het seizoen.
Aan bloemen, planten en bomen hingen naam- prijs- en merketiketten. Dat was verplicht. Elke barcode moest ook een serienummer vermelden. En als hij aandachtiger zou kijken zou hij misschien ook wel kunnen ontcijferen wel seizoen het was. Niets menselijks is de natuur vreemd. Zelfs kunstgras was niet langer denkbaar zonder het logo van een bekend merk van tennisrackets.
Blake had in zijn tuin een mode-boom staan, elke seizoen groeide er de laatste mode aan. Aan kapstokken, om niet te kreuken. In de herfst vielen de nieuwe kleren hem zo maar voor de voeten. Sinds hij in het bezit was van zo'n modeboom wierpen de vrouwen zich voor zijn voeten.

De laatste tijd - Er is geen laatste tijd! Evenmin een eerste. Hoe lang duurt de tijd? Wanneer moeten wij onze danspasjes maken? Zou de tijd verdwijnen als men alle tijdmeetinstrumenten vernietigde?
Afijn; al een hele poos was hij op doktersvoorschrift getuige van de minimale veranderingen die zich dag aan dag in het park voltrekken. De dagen leken op elkaar. Het was alleen de zwaartekracht die elke dag een beetje toenam. Na een tijd zijn de veranderingen vaak spektakulair! Vroeg of laat zou hij zijn bevindingen publiceren in een wetenschappelijk tijdschrift.
Blake nam diep adem en dacht eraan hoeveel beter het is in het park te lopen, in plaats van zomaar op de straat. Minder kans op een combi; ze controleren je pas, je passen, je danspassen en zo verder en zo verder. Ze kunnen natuurlijk op elk moment uit de struiken tevoorschijn komen. Cameleon patrouilles steken meer en meer de kop op. Halt! Blijf staan, of ik schiet! Op zo'n moment voel je je hart in je keel bonzen. Op zo'n moment bent je bang dat je je hart uit je keel zal kotsen. Je voelt je een konijn in een lichtbak, onder een heldere hemel. Op sommige dagen zetten ze de zonneschijn nog eens op. De wereldwijde zonnebank. Tot de poolkappen ervan smelten.

2.

Blake nieste. Het kunstgras kriebelde. Het zag er stralend uit. Er waren nog maar pas nieuwe pollen in gezet. In zijn kelder had hij nog echte takkebossen. Die had hij zelf bijeengesprokkeld. De blaren verdord, maar nog goed geconserveerd.
Nog veel en vaak dacht Blake aan haar. Vooral aan haar korte rode rokje en aan haar rode blousje. De witte pumps en het rode rokje hebben dezelfde lengte. Alhoewel in het ene geval is dat kort, in het andere lang. Liefde is een vreemde zaak. Soms richtte hij thuis in de kelder een altaar op. Haar kleren legde hij dan bij haar witte pumps. Hij brandde er wierookstokjes bij. Alhoewel godsdienst nog steeds een must was bij sollicitaties, mocht die nog uitsluitend in de privé kring beoefend worden. En geen klokkengebeier. Anders kreeg je bonje met de buren. Bim bam bom, steeds weer werd Blake's ritueel afgebroken door een man en een vrouw die de kelder binnenkwamen. De man stroopte Blake zijn broek, en zijn onderbroek af. Blake had niet eens de tijd zich te schamen voor zijn vuile ondergoed, want daar voelde hij reeds de warme gloed die de slagen van de vrouwehand op zijn billen teweegbrachten.

Bijna het park uit, rechts van de poort, hing een koepel van licht. In die zeepbel vol tover stond een Oosterse schoonheid, met haar kont omhoog tussen een groot bed chrysanten. In Japan zijn deze planten heilig.

- Als je er een paar keer op pist veranderen ze van kleur. Witte, zwarte. Als je er maar voldoende op pist krijgen ze de kleur die je verkiest. Het zijn net toverbollen op groene stengels.
Ze stopte haar bezigheden, keek hem aan van in haar gebogen houding. Rechtte zich. Zei: - De kerkhofbloemenvrouw ben ik vandaag, vanaf morgen ben ik de nieuwe parkwachter.
- De nieuwe parkwachter? We hadden er toch een, hij was toch nog goed genoeg.
- Hij is dood.
- Hoe kwam de oude aan zijn eind?
- Een paar dol gedraaide huismoedertjes. Samen met hun kinderen. Ze hebben hem overvallen.
- Wat gebeurde er met de oude.
- Hij werd begraven in de zandbak.
- Waar de kinderen in spelen!
- Ik heb geen kinderen. Blake verbleekte. Ze bloosde. Hij vermande zich.
- Nog een geluk dat de dieren in het park niet meededen.
- Moet wel een hele dagtaak zijn zo die Bambietjes voederen, dwerggeitjes, eendjes, zwaantjes en goudvissen. jullie moeten ze toch niet allemaal wassen zeker?
- En afstoffen ook.
- Ik wandel veel.
- Wandelen is gezond.
- Het geeft je een gezonde kleur.
- Er zijn kleuren die je flatteren en kleuren waarmee je er maar bleekjes uitziet. Een professionele kleurenanalyse aan de hand van je teint, kleur van haren en ogen bepaalt tot welk kleurtype je behoort.
- In het leven moet je kleur weten te brengen.
- Mannen denken meer polygaam, een essentieel deel van hen is groter: de hippocampus. Een structuur die essentieel is bij de ontwikkeling van de mogelijkheid tot oriëntatie, navigatie en andere ruimtelijke vaardigheden.
- Het park is zeker aan uitbreiding toe?
- Nee, integendeel.

Ze was niet meer te stoppen. De conversatie had haar duidelijk geaccelereerd. Blake had een natuurlijk talent voor die dingen. Om niet te zeggen een zesde zintuig. Ze had niet echt groene vingers zoals men zegt, maar tuinbouwconversaties, daar geilde ze op! Er ging geen week voorbij of ze volgde op de radio het landbouwkwartiertje van de nationale dienst ter bevordering van land- en tuinbouwprodukten. Op de koop toe vond ze dat hij er als een boer uitzag. Toen zijn ze naar haar huis gegaan. Huis is veel gezegd. Niet dat het zo klein is, integendeel. Evenmin een boerderijtje. Ze woonde in een fabriek. Enkele jaren voordien was het een kraakpand geweest, maar de tijden waren weeral eens veranderd en projectontwikkelaars hadden er anders over gedacht.
In haar loft heeft Blake haar nog een hele encyclopedie van de west- europese plantengroei uit het hoofd geciteerd, met inbegrip van alle botanische variëteiten. Hij was nog maar nauwelijks halvelings de eerste pagina - hij kende ze uit zijn hoofd de tienduizend glimmende bladzijden van de Standaard Encyclopedie - of zij begon al te kreunen de buren bonkten tegen de vloer. In haar land is sex met planten nog steeds verboden. Zelfs niet met een bonsaiboompje onder de kleren. Voor haar was Blake een boom van een kerel!

3.

Als een plastic tent overspande een waterverfhemel de vreemde dag. De dorre bladeren hadden het voortdurend over hem. In het gras wriemelde er van alles. Een vreemde wrede wereld waarin hij zich niet wilde verdiepen. Liever wentelde hij zich daar in dat smerig vijvertje recht tegenover hem.
Alles verbleekte, zijn escapade met de Oosterse schone was op een sisser uitgelopen. Op het moment suprème had zich ergens in hun intern circuit een kortsluiting voorgedaan; "game over" verscheen in haar ogen, een deur zoemde open en door een programmatiefout stapte haar electricien de kamer in en beende recht op Blake af.

Van dergelijke praktijken had hij wel gehoord, maar het zou hem nooit overkomen. Ternauwernood ontsnapte hij aan de electrische stoel die hem naar het hoofd werd geslingerd. Gelijkstroom en wisselstroom vlogen in het rond. Hij kwam onder hoogspanning te staan. Moest de benen nemen, is door het raam gesprongen. Als een dwarrelend blad kwam hij neer en vluchtte het park in.

Zoals een pooier aan het eind van de werkdag het geld in zijn portefeuille telt, ordende hij op de bank bij het vijvertje zijn gedachten. Hij had het kunnen weten! Toen hij het over dure merkenkleding had liet ze het afweten, evenmin was ze geïnteresseerd in snelle sjieke wagens en nog minder raakte zij enthousiast voor zijn uit Amerika geïmporteerde eternity parfum. Een samenbundeling van factoren waar tot dan toe elke andere vrouw voor gevallen was. Bij haar had het een totaal omgekeerd effect.

We moeten vrouwvriendelijk zijn, bedacht Blake ineens en hij voelde St.-Elmsvuur in zijn pik. Hij zag het weer op het giant screen achter zijn ogen hoe er telkens hij haar aanraakte gensters uit zijn vingertoppen schoten. Zij had hem voldoende statische electriciteit gegeven om de rest van zijn leven verder door de cosmos om zijn as te tollen. In een baan om de aarde. Zijn astraal lichaam gloeide. Genoeg om er een hele stad mee te verlichten. Gensters sloegen uit zijn eikel, zoals bij het videospelletje Electric Dick. Voor zich zag hij spread sheets uit de electronische Kama Sutra.

Sexueel overdraagbare gedachten dienen onmiddellijk gedeponeerd te worden in de daartoe speciaal bestemde denktanks (recycleerterminals). Aan elke hoek van de straat is er een. Naast de praatpaal. Een term die ook wel door feministen gebezigd werd. Maar die zijn nu ook bij wet verboden. Of (als ik mij niet vergis) een beschermde diersoort.

Hij vervloekte zich omdat hij geen computer was. Zij was de reïncarnatie van het Ideale Wijf. Geen grammetje vet zat er aan. Haar vormen waren een verbetering van het begrip "perfectie". Ze was een geisha-robot. Made in Japan. Ze heette Europalia Janssens. What's in a name, and who the fuck cares! Nooit had hij gedacht dat robots zo sexy konden zijn. Zo warm en zacht. Hadden machines dan een geslacht? Geruime tijd reeds deden geruchten de ronde dat in het verre Casablanca robots voorzien worden van een geslacht! Robots zullen de zonden van het vlees verdrijven. We zullen weer in het Aards paradijs leven, gesponsord door IBM.

Sommigen zeggen dat wij in een bloedstollende tijd leven; anderen dat we ons bewegen tussen bloedeloze sujetten, tussen de halfbloeden. Die bestaan, de naam zegt het zelf al, voor de helft uit bloed, en voor de andere helft (en hierover zegt de naam niets) uit de meest uiteenlopende high tech materialen. Onder de halfbloeden doen zich zeer zelden bloederige taferelen voor. Al evenmin hebben zij blauw bloed.

De mens moet altijd zijn afkomst voor ogen houden. Eerst had men de ijzeren mensen. Door Prometheus uit leem gekneed, door Pallas Athena leven ingeblazen. Uit al dat geblaas en gekneed ontstonden die ijzeren mensen. De geschiedenis is een soap, in een volgende aflevering, kwam er een zondvloed. De enige overlevenden waren Prometheus's zoon, de vrome Deukalioon en diens vrouw Pyrra. Op advies van Themis maakten zij mensen van vlees en bloed. Zij hebben niet stil gezeten, ondertussen zijn er hier al enkele miljarden. Het is niet onwaarschijnlijk dat de mens terug zal keren naar een soort ijzeren mens, robot, computer. Als tussenvorm de symbiose tussen mens en machine, de cybernetische mens.

De goede fee is een sexy robot! In voor alles, hygiëne en discretie gegarandeerd. De druk op de mannetjes om in een ruime en dus complexe omgeving rond te lopen werd zo sterk dat een vergroting van de hippocampus hen een belangrijk evolutief voordeel bood. Input was geen must. Output altijd gegarandeerd. Tedere Tronica heeft de vlekken met Kleenex weggeveegd. In een van die zakdoekjes stond zijn hele tronie afgedrukt. Alleen te zien met infrarood. Hij heeft er zijn neus in gesnoten. In haar mondje, tussen haar knalrode lipjes had ze een klein stofzuigertje, je voelde het nauwelijks werken, ze kon het op verschillende standen inschakelen.
Elke liefdesdaad is identiek, oneindig vaak vatbaar voor herhaling en volstrekt zinledig. Het volstaat voor eens en voor altijd bionische Adam en androïde Eva te laten copuleren op een fotocopieermachine in volle actie. Aangezien we te maken hebben met copieën kunnen we het geheel klasseren onder de noemer van de nuloperatie, en hieruit moeiteloos de toekomst extrapoleren.
Niets menselijks was deze electronische troela vreemd. Zij was een sexmachine afgestemd om te werken, in de nachtploeg van de fabriek, en om zich te prostitueren overdag. Kwestie van uit de kosten te komen. Er is zelfs een succesformule waarbij men hoeren koppelt aan leasing. Onderzoek naar robots is duur. Zoals de machinerie waarmee Blake zijn liefde nog kunstmatig in leven gehouden heeft. En bestraald. En geamputeerd. Haar afgeschoren haren. Half mens, half robot. Humanoïde.

Blake richtte de blik omhoog. "Gedachten zijn als een wolkenhemel: zij laten geen straaltje zon door." Hij wreef zich over zijn zorgvuldig gecultiveerde stoppelbaard. Een slordig gesoigneerde indruk. Duur en degelijk. Een mens hult zich in de fraaiste kleren om zich vrij te wanen. Vrijheid is een dure illusie, onderworpen aan seizoensgebonden modegrillen.
Wanneer was dat begonnen die aandacht voor het eigen uiterlijke? Hij wist het niet meer. Het was belangrijk. Het kon hem niet schelen hoe anderen er over dachten, hij wou alleen nog omgaan met modebewuste mensen. Zijn aandacht kroop over het Oosters motief van zijn hemd. "Het is niet goed de bontewas altijd op veertig graden te wassen, op het etiket staat 30. De kleren gaan ervan kapot.' Hij zal haar gezanik missen.

Het kan natuurlijk altijd slechter. Sommigen zoeken hun toevlucht in postorderbedrijven, pornocassettes, hijgtelefoons, minitel en andere variaties op safe sex. Blake niet. Op doktersadvies zwierf hij elke ochtend door het park. Bijna alle bomen hadden een naamplaatje. Wat hij zocht vond hij niet.
In zijn hoofd heeft hij een groot zwart gat waardoor alles wegvloeit naar een andere cosmos. In zijn achterhoofd zit de zelfhaat als een groeiende tumor. "Die gaan we te lijf met taxol. De enige stof die bij machte is de tumors aan te vallen. Tumorvreters. Bij bijna de helft van de patiënten raakt de omvang van een kwalijke tumor gehalveerd. De rest heeft pech."
Rond taxol draaide het eerste gewapend conflict. Men slaagde er maar niet in het goedje syntetisch aan te maken (zelfs niet in de illegale labo's in Brooklyn). Het werd getrokken uit de schors van een zeldzame boomsoort. Voor elke patiënt die ermee behandeld werd moesten er zes tot acht zeldzame bomen sneuvelen. Het IMF oefende druk uit op de landen waar de boom nog voorkwam. Zij moesten hun economie aanpassen. De regenwouden moesten gered worden.
"Ik mis haar."

DIDI DE PARIS


©St. NoPapers

Terug naar overzicht