Nog niet zo lang geleden kwam ik bij het zappen aan het eind van
de avond op de televisie bij een van de Duitse zenders zomaar terecht in
een bepaald openhartig programma over SM, waarbij zo ongeveer alles getoond
werd wat men zich hierbij kan voorstellen. Het leer, de maskers, de zwepen,
kettingen, touwen, boeien, kaarsvet en zelfs een chirurgenmes kwamen in
actie. Mannen en vrouwen spraken openhartig over de manier waarop ze met
hun seksuele geaardheid omgingen.
Wat vooral opviel, was de liefdevolle manier waarop deze mensen met elkaar
omgingen, hoewel pijn toch een essentiële rol in hun relatie speelde.
En toch, een van de masochistische vrouwen die in dit programma uitgebreid
aan het woord kwam, besloot tenslotte haar Dominus te verlaten, omdat hij
haar leven in alle opzichten, dus niet alleen seksueel, wilde domineren.
En dat was haar uiteindelijk toch teveel van het goede.
Op zich was het al opmerkelijk dàt deze vrouw zo op de voorgrond
kon treden want om de een of andere reden zijn masochistische mannen een
veel meer geaccepteerd fenomeen dan vrouwen met dezelfde gevoelens van
onderwerping. In feite heeft het feminisme ervoor gezorgd dat deze groep
vrouwen het nog moeilijker heeft dan vroeger om voor hun masochisme uit
te komen, want onderdanigheid bij vrouwen mag in feite niet meer.
Maar volgens de vrouwen die bij Gießler aan het woord komen, is masochisme
juist een bewijs van grote geëmancipeerdheid. Immers, er wordt vanuit
een onafhankelijke positie juist gekózen voor onderdanigheid.
Hierover en over talloze andere aspecten van vrouwen en masochisme heeft
de Duitse Sina-Aline Gießler een heel lezenswaardig boek geschreven,
Onderdanig wil ik zijn, dat inmiddels in een Nederlandse vertaling bij
Bruna is verschenen.
Nu is masochisme een heel moeilijk te omschrijven begrip omdat het
zo veelvormig is. Niet iedere masochist wil gedwongen worden tot bijvoorbeeld
seks met anderen dan de eigen partner of letterlijk verwond worden. Verbale
vernedering of een liefdevol gegeven pak slaag is voor sommigen m/v genoeg
om seksueel plezier aan te beleven.
In feite is bondage natuurlijk het begin van SM en als we de cijfers van
Nancy Friday mogen geloven dan zou meer dan vijftig procent van de mensen
dat wel eens willen uitproberen en heeft tientallen procenten dat ook daadwerkelijk
gedaan. Goed beschouwd weten velen dus uit eigen ervaring op zijn minst
een beetje wat SM is, wat ook de luxe van het masochisme kan zijn. Want
in feite laat men de ander werken om zelf genot te ervaren.
In Onderdanig wil ik zijn vertelt Sina-Aline Geißler een heel
persoonlijk relaas, dat in bepaalde opzichten beschouwd kan worden als
een soort 'coming out'. Niet alleen bij zichzelf, maar ook bij een aantal
geïnterviewde eveneens masochistische vrouwen gaat ze na in hoeverre
dergelijke gevoelens al tijdens de (vroege) jeugd bestonden en hoe daar
mee om werd gegaan.
Het is onthutsend te lezen dat de schrijfster, eigenlijk altijd een modelkind,
een paar maal werkelijk crimineel gedrag ging vertonen omdat ze zo graag
pijnlijk gestraft wilde worden. Zo'n gegeven lijkt me iets waarmee in de
jeugdhulpverlening rekening gehouden dient te worden.
Hoe dan ook, uit de verschillende verhalen blijkt duidelijk dat zelfs
als deze vrouwen zich eenmaal bewust zijn van hun gevoelens en van wat
ze daarmee zouden willen, het vervolgens een groot probleem is een partner
te vinden die hen daarin tot in de kleinste nuances kan volgen. Want, zoals
al eerder gezegd, voor masochisme kan geen standaardinvulling gegeven worden
en voor iedereen zal het weer anders liggen wat wel en juist niet als 'prettig'
ervaren wordt. In elk geval is voor velen dat liefdes-aspect belangrijk,
de enige voorwaarde waaronder onvoorwaardelijk onderwerping aan een partner
mogelijk is.
Het mooiste verhaal uit Onderdanig wil ik zijn vond ik zelf eigenlijk dat
van Vera/Cora, die in het dagelijks leven een succesvolle zakenvrouw is
met bovendien haar partner als ondergeschikte, maar thuis, als ze Cora
is, zijn de rollen precies omgekeerd. Zo ontstaat een bizar soort evenwicht.
Hoewel de auteur niet probeert uit te leggen waarom iemand masochistische
gevoelens koestert, gaat ze wel op zoek naar verklaringen in de literatuur,
met name bij psychologen. Natuurlijk blijft Freud niet onvermeld, maar
voor hem blijft masochisme toch een vorm van perversie en dat wil dit boek
juist bestrijden.
Simone de Beauvoir en nota bene Friedrich Nietzsche blijken nog de meest
bevredigende uitspraken over masochisme gedaan te hebben, de laatste zelfs
zonder het woord ooit te noemen. Wat opvalt is dat Geißler zo haar
eigen interpretatie heeft van teksten die elke zichzelf respecterende feministe
behoorlijk tegen de borst stuiten. In elk geval heeft de schrijfster met
dit boekje een taboe doorbroken door de lezers, ongeacht of ze zelf wel
of geen masochistische vrouwen zijn, duidelijk te maken dat ook masochisme
een vorm van liefde is. Wel een vorm overigens die de betrokkenen met de
nodige problemen opzadelt. Het ontwarren van de knoop van gevoelens, het
omgaan daarmee al dan niet ook naar de buitenwereld toe en tenslotte het
vinden van die partner zijn geen eenvoudige zaken. Het feit op zich dat
dit nu op papier staat en voorzien van een aantal nuttige adressen zoals
die van de Vereniging Studiegroep Sado-Masochisme (VSSM) is uitgegeven
moet een hart onder de riem betekenen voor die masochistische vrouwen,
die nog worstelen met hun gevoelens.
PRISKA FRANK