terug |
IRIS
MURDOCH: EEN RETROSPECTIEF
Wie de film 'Iris:
a Memoir of Iris Murdoch' heeft gezien of misschien nog van plan
is om te gaan zien, krijgt een even ontroerend als ontluisterend
beeld van de diep ingrijpende invloed die de ziekte van Alzheimer
heeft op het persoonlijke leven. Dat het verhaal verweven is
met de geschiedenis van een ruim dertig jaar durende liefde maakt
het alleen maar wranger.
Vanuit deze optiek is 'Iris' een geslaagde film te noemen.
Wat in de film echter nagenoeg volledig buiten beeld blijft is
het feit dat Iris Murdoch een bekend schrijfster en filosofe
was, die zich in het laatste stadium van haar ziekte niets meer
kon herinneren van de 26 romans en 5 filosofische werken die
ze had geschreven. Haar grootste plezier bestond eruit om op
tv naar de Teletubbies te kijken.
Juist het tonen van het verlies van alle intellectuele en creatieve
vermogens, gerelateerd aan Iris' schrijverschap zou aan de film
een extra dimensie kunnen verlenen, die echter totaal ontbreekt.
Het is deze constatering die een Amerikaanse recensente er toe
bracht om de film als volgt samen te vatten: 'Wie een goede film
over Alzheimer wil zien gaat naar de bioscoop. Wie de schrijfster
Iris Murdoch wil leren kennen kan beter naar de bibliotheek gaan'.
Biografisch
Iris Murdoch werd op 15 juli 1919 geboren in Dublin
als kind van een Ierse moeder en een Engelse vader. Ze bleef
enig kind en beschreef het gezin als 'a perfect trinity of love'.
Het gezin verhuisde naar Londen toen Iris negen was, maar haar
vakanties bracht ze door in Ierland.
Vanaf 1938 studeerde Iris Murdoch in Oxford: geschiedenis van
de antieke oudheid, filosofie en klassieke talen.
In de oorlog werkte ze in Londen bij het Ministerie van Financiën
en na de oorlog een tijd in vluchtelingenkampen in Oostenrijk
en België.
Tijdens haar verblijf in België maakte ze kennis met de
filosofie van Sartre en het existentialisme, als gevolg waarvan
ze in 1947 besloot om filosofie te gaan studeren in Cambridge,
waar Wittgenstein één van haar leermeesters was..
In 1948 ging ze terug naar Oxford, waar ze tot 1963 filosofie
doceerde.
Murdoch's grote
liefde was de Joods-Tjechische dichter en intellectueel Franz
Steiner, die in 1952 aan de gevolgen van een hartaanval stierf,
volgens Steiner's vriend en schrijver Elias Canetti, in Iris'
armen. Daarna had ze een affaire met Canetti, maar in 1956 trouwde
ze met John Bayley, die Engels doceerde in Oxford.
Hun huwelijk hield stand tot Iris' dood bijna vijfendertig jaar
later, ondanks enkele andere verhoudingen met mannen die Murdoch
in haar huwelijk had. Als haar werd gevraagd of ze ook verhoudingen
met vrouwen onderhield, deed ze er het stilzwijgen toe. Bayley
beweert echter dat zijn vrouw nooit het bed heeft gedeeld met
een andere vrouw.
In 1987 ontving ze de adellijke titel Dame.
In 1995 openbaarden zich bij Iris de eerste verschijnselen van
de ziekte van Alzheimer. Haar man verzorgde haar thuis tot enkele
maanden voor haar dood.
Op 8 februari 1999 overleed ze op 79-jarige leeftijd in een verpleegtehuis
voor Alzheimer-patiënten in Oxford.
Oeuvre
Iris Murdoch schreef 26 romans en 5 filosofische werken.
Haar eerste werk was een filosofische studie over het gedachtegoed
van Jean Paul Sartre: 'Sarte: Romantic Rationalist'. Het boek
verscheen in 1953 en geeft een verhelderend inzicht in Sartre's
filosofie.
Een jaar later verscheen haar eerste roman 'Under the Net'.
Bijna al haar romans zijn in het Nederlands vertaald.
Zes romans werden genomineerd voor de prestigieuze Bookerprize,
die ze in 1978 won met wat veelal wordt beschouwd als haar beste
werk 'The Sea, The Sea'.
Verschillende romans werden bewerkt tot toneelstuk of verfilmd.
De roman 'A Severed Head' (1961 - Nederlandse titel: 'Een afgehouwen
hoofd') werd voor toneel bewerkt met de hulp van J.B. Priestley.
Het verhaal onderzoekt Freud's theorieën over de mannelijke
seksualiteit en het verlangen en in het bijzonder het fenomeen
van de castratie-angst.
Van 'The Bell' (1958 - 'De Klok' in het Nederlands) werd een
televisiebewerking gemaakt. De roman was één van
Murdoch's meest succesvolle boeken en vertelt het verhaal van
een kleine Anglicaanse religieuze gemeenschap in Glouchestershire.
De groep zet alles in het werk voor een beter en nieuw leven,
maar het eeuwenoude conflict tussen seks en religie ondermijnt
de vrome fundamenten van de gemeenschap.
Ook 'The Italian Girl' (1964 - Het Italiaanse meisje) werd voor
toneel bewerkt.
In 1995 verscheen haar laatste roman 'Jackson's Dilemma', die
bepaald niet onverdeeld gunstig werd ontvangen. Verschillende
recensenten wezen op de veelal taalkundige slordigheden en dat
voor een schrijfster die ooit in een interview beweerde dat haar
grootste trots was dat ze nog nooit één foute zin
had geschreven.
Pas in het licht van haar veel later bekend geworden ziekte kunnen
die slordigheden enigszins worden verklaard.
Tenslotte zag in 1998 een verzameling essays en artikelen het
licht 'Existentialists and Mystics', die een goed beeld geeft
van de filosofe Iris Murdoch en als zodanig als haar filosofische
testament kan worden beschouwd.
De romans en de kritiek
Wie een
aantal Engelse en Amerikaanse recensies over Murdoch's romans
met elkaar vergelijkt, komt al snel tot de conclusie dat het
werk er in het Engels aanzienlijk beter afkomt dan in de VS,
hoewel ze ook in Amerika tot op de dag van vandaag een bestseller-auteur
is en al haar romans nog volop verkrijgbaar zijn.
Dat verschil in waardering af te doen als Engels chauvinisme
is wat al te simpel.
Een belangrijke oorzaak kan zijn dat de romans diep wortelen
in de Europese en meer toegespitst in de Britse cultuur, spelend
in de gegoede middenklasse en vooral in het milieu van intellectuelen
en kunstenaars, compleet met geheimzinnige landhuizen, bovennatuurlijke
gebeurtenissen, mythische voorvallen, fabeldieren en niet te
vergeten de typisch Engelse humor.
Want hoe complex de verhalen en personages soms ook zijn, hoe
zwaarwichtig ook de problemen die Murdoch aansnijdt, er valt
veel te lachen. Ironie, burleske situaties en humoristische gebeurtenissen
die af en toe niet onderdoen voor een Shakespeariaanse komedie
maken de meeste romans tot een genot om te lezen.
Een
ander opvallend kenmerk van de kritiek is dat recensenten zo
uiteenlopend oordelen over een zelfde roman. Persoonlijke voorkeur
en waardering lijkt van minstens zo groot belang als een objectieve
beschouwing over de literaire kwaliteiten van het werk.
Dat is niet de minste verdienste van een schrijfster, die blijkbaar
in staat is lezers zo sterk het verhaal in te trekken dat ze
al snel een persoonlijke band krijgen met de personages en de
gebeurtenissen en wel in die mate dat een objectieve beoordeling
achteraf nog nauwelijks mogelijk is.
En recensent of niet, elk boek krijgt een bedding in het leven
van de lezer, zeker wanneer het gaat om de thema's die er in
beschreven worden. Want Murdoch is niet alleen een goed verteller
en een meester in het verzinnen van verrassende en onverwachte
plots, vanuit haar filosofische achtergrond lardeert ze het verhaal
met gedachten en overwegingen, die zonder problemen als zelfstandige
aforismen door het leven kunnen en daardoor een enorme impact
op de lezer hebben.
Anders gezegd: de persoonlijke omstandigheden waaronder ik een
roman van Iris Murdoch lees, is medebepalend voor de appreciatie
ervan.
Over één
boek waren en zijn de critici het eens: Haar roman The Sea The
Sea (Nederlands: De Zee De Zee), behoort tot het beste werk dat
ze schreef. Ze kreeg daarvoor dan ook de Booker Prize.
The Sea The Sea vertelt het verhaal van Charles Arrowby, acteur,
regisseur en toneelschrijver, die zich na veertig jaar terugtrekt
uit zijn hectische leven in Londen in een huisje aan de oostkust,
bij de Noordzee.
Hij houdt zijn belevenissen bij in een dagboek, mijmert over
zijn verleden, zwemt elke dag en heeft het vaste voornemen om
zo lang mogelijk het leven van een kluizenaar te leiden. Maar
het tegenovergestelde gebeurt. Charles wordt ingehaald door het
verleden, waarover hij alleen maar wilde nadenken en schrijven
en zijn kleine huis wordt bevolkt met de mensen die in zijn persoonlijke
geschiedenis een meer of minder belangrijke rol speelden.
Tussen die figuren - waaronder Charles' jeugdliefde Mary Hartley
Smith - speelt zich, zoals gebruikelijk in Murdoch's romans,
van alles af: seksuele verhoudingen, intriges, haat, liefde,
nijd, en de situatie loopt volledig uit de hand, niet in de laatste
plaats vanwege het grillige gedrag van de romanfiguren, dat tot
complete chaos leidt. En er valt er een dode te betreuren, want
Eros en Thanatos vormen een onverbrekelijk koppel in het werk
van de schrijfster.
Uiteindelijk keert Charles terug naar Londen, waar hij in het
appartement van een vriend eindelijk de rust vindt, die hij hoopte
te vinden aan de kust.
Murdoch slaagt er in om van Charles een arrogante klootzak te
maken, die bij de lezer alleen maar antipathie oproept, maar
gaandeweg wordt hij gelouterd door het proces waar hij doorheen
gaat en aan het eind van het boek kan de lezer bijna niet anders
dan met mildheid en sympathie over hem denken.
Wat deze roman extra bijzonder maakt zijn de bladzijdenlange
beschrijvingen van de zee, die geen moment vervelen en die en
in de beschreven werkelijkheid en als metafoor integraal deel
uitmaken van de roman.
Het boek naar de film
De film 'Iris: a Memoir of Iris Murdoch' is gebaseerd op het
gelijknamige boek, geschreven door Murdoch's echtgenoot John
Bayley (in het Nederlands verschenen als 'Elegie voor Iris',
een vertaling van de Amerikaanse titel) en op het vervolg 'Iris
& The Friends', dat in het Nederlands verscheen als 'De wereld
van Iris'. In het eerste boek beschrijft Bayley zijn ruim dertigjarige
huwelijk met Iris Murdoch en de eerste jaren waarin zich bij
haar de ziekte van Alzheimer openbaarde. Het tweede boek gaat
vooral over Iris' laatste levensjaar.
Wie een lamentabel en zielig verhaal verwacht komt bedrogen uit.
Bayley schildert een humoristisch, bijna lichtvoetig en vooral
liefdevol portret van een huwelijk, dat echter geen enkel moment
ten koste gaat van de eerlijkheid en openhartigheid, waarmee
het aftakelingsproces van Iris wordt verteld.
Wat in de film nagenoeg buiten beschouwing blijft komt in de
boeken beter tot zijn recht: Iris Murdoch als de intellectueel
en kunstenaar die ze was. Regelmatig verwijst Bayley naar haar
boeken en meer dan eens legt hij bijzondere verbanden tussen
leven en werk van de schrijfster.
Hij doet dat niet alleen expliciet, maar ook de compositie van
het boek verwijst indirect naar Murdoch's oeuvre. In dat licht
kan meteen al het eerste hoofdstuk van 'Iris' bezien worden,
waarin Bayley een zwempartij memoreert die de verliefden hadden
in een klein riviertje bij Oxford.
In 'The Sea The Sea', maar ook in veel andere romans speelt het
water een belangrijke rol en in meer dan één roman
is er sprake van een verdrinkingsdood of bijna-verdrinking.
In dat opzicht brengt Bayley een uiterst subtiel en ontroerend
eerbetoon aan zijn echtgenote die zelf intens genoot van het
water, zowel als persoon als in haar werk.
Vorig
jaar verscheen het derde deel van Bayley's memoires 'The Widower's
House', waarin hij zijn eerste en enige jaar als weduwnaar beschrijft
en dat waarschijnlijk de trilogie completeert. Nog voor dat eerste
jaar voorbij was trouwde hij met een gemeenschappelijke vriendin.
Dit deel is (nog?) niet in een Nederlandse vertaling verschenen.
Iris en ik
Godsdienst,
moraal, kunst en seksualiteit zijn de thema's die steeds terugkeren
in Murdoch's werk. Ze zocht daarin naar een andere spiritualiteit
dan die van de gevestigde religieuze orde. Haar personages zijn
voortdurend en rusteloos op zoek naar een vorm van bevrijding,
die ze eerst en vooral buiten zichzelf zoeken, daarmee niets
en niemand ontziend, niet omdat ze dat zo willen, maar omdat
ze niet anders weten, niet anders kunnen.
Pas als ze in staat zijn dit zoeken los te laten ontstaat er
iets, wat je een innerlijke bevrijding zou kunnen noemen.
De roman die
mij persoonlijk het meest dierbaar is, is 'Nuns and Soldiers',
verschenen in 1981 en in 1982 in een Nederlandse vertaling als
'Nonnen en Soldaten'.
Ik las het in september 1982, vakantie houdend in een Belgisch
bungalowpark in een uitloper van de Ardennen.
Het was de laatste vakantie met mijn toenmalige partner en enkele
maanden later zouden we definitief uit elkaar gaan. Behalve met
een relatiecrisis worstelde ik met een ernstige geloofscrisis,
in een verwoede poging om los te komen van de God van mijn jeugd.
Iris Murdoch had zich geen betere setting voor een verhaal kunnen
wensen.
Een grotere troost dan 'Nuns and Soldiers' was nauwelijks denkbaar.
De roman is gecentreerd rond twee vrouwen, Gertrude en Anne,
die zich allebei in een proces van afscheid nemen en rouw bevinden,
elk op hun eigen manier. Gertrude's man sterft aan het begin
van het boek, Anne is een religieuze die een geloofscrisis doormaakt
en besluit om na jaren het klooster vaarwel te zeggen.
Vooral voelde ik me aangetrokken tot de figuur van Anne en bladzijden
lang las ik zoveel opmerkelijke en mij aansprekende citaten,
dat mijn exemplaar van het boek vol potloodstrepen staat.
Feit is dat Iris Murdoch mij persoonlijk op het spoor heeft gezet
van een andere manier van denken over en kijken naar religie
als institutie, waarin zelfs een begrip als liefde is vastgelegd
in dogma's.
Daar zal ik de schrijfster, ook postuum, altijd dankbaar voor
blijven.
Eind vorig jaar
las ik de eerste berichten over de film 'Iris' en ik besefte
met een schok dat de schrijfster dood was.
Hoe kon me dat zijn ontgaan? Waarom had ik dat niet opgemerkt
toen ze stierf, op 8 februari 1999?
Lang hoefde ik niet na te denken, want uitgerekend in die tijd
bevond ik me in een andere turbulente periode. Ik was verliefd,
zoals ik nog nooit verliefd was geweest, op niemand. Mijn geliefde
woonde in Mexico, in San Miguel de Allende om precies te zijn,
en vier dagen voor Iris' dood kwam ik aan in Mexico City, om
mijn geliefde te ontmoeten en om samen een maand door te brengen.
Op de dag van Iris' dood bevond ik me in de bus, die ons in vier
uur van Mexico Stad naar San Miguel bracht.
Ik was vol dromen en verlangens over een toekomst in Mexico toen
ik op Schiphol in het vliegtuig stapte. Een maand later keerde
ik gedesillusioneerd terug, in de wetenschap dat het nooit iets
zou worden tussen mijn Latijns-Amerikaanse geliefde en mij.
Iris Murdoch zou van dit gegeven ongetwijfeld een prachtig verhaal
weten te maken. Daarom ben ik er van overtuigd dat ze het me
niet kwalijk neemt dat ik pas twee en een half jaar na haar dood
besefte dat ze was overleden.
Misschien leeft ze door de boeken van haar echtgenoot Bayley
en door de film wel meer dan ooit tevoren en is de tijd rijp
voor een echte Iris Murdoch Revival.
Juni 2002
Harry Fleurke
|
|