|
Laat alle ideeën
varen en dan ben je klaar om de eerste stap te doen. Naakt treed
je Hem tegemoet, zonder kleren, oningevuld, zonder een idee over
Hem in je hoofd. Leeg keer je je tot Hem, want dat is de enige
manier waarop je kunt gaan: als je leeg bent word je een deur
waardoor Hij kan binnenkomen. Het enige wat nodig is, is ontvankelijkheid.
Geen filosofieën, geen dogma's, en dat bedoelt Herakleitos.
Zijn woorden zijn schitterend. Luister: God is dag en nacht, zomer en winter, oorlog en vrede, verzadiging en behoefte. Nooit zijn er
zulke schitterende woorden uitgesproken, niet vóór
hem, niet na hem. Omdat de mens bang is voor duisternis. Het is iets psychologisch. Als het licht is voel je je goed. Het heeft met je angst te maken. Waarom noem je God licht. De koran zegt: 'God is licht'; de oepanishads zeggen: 'God is licht'; de bijbel zegt: 'God is licht'. De enige school die leerde 'God is duisternis, nacht' was de school van de Essenen, de school waar Jezus onderricht ontving en opgeleid werd om het goddelijke te kunnen ontvangen; de Essenen waren de leraren en de meesters van Jezus. Zij zeiden nooit 'God is licht'. Zij vervielen in het andere uiterste. Maar het zijn prachtige mensen. Probeer het symbool te begrijpen: licht Als het licht is ben je niet bang omdat je kunt zien. Je kunt niet zo makkelijk aangevallen worden. Je kunt je verdedigen, je kunt weglopen, je kunt vechten of vluchten.Je kunt van alles doen want alles is bekend. Licht is het symbool van het bekende - voor het bekende ben je niet bang. Duisternis is het onbekende - er welt angst op in je hart. Je weet niet wat er om je heen gebeurt. Alles is mogelijk - en je bent weerloos. Licht is veilig, duisternis is onveilig. Licht lijkt op het leven en duisternis lijkt op de dood. Je bent bang niet alleen psychologisch maar ook biologisch, want de mens heeft duizenden jaren in het donker geleefd, in de nacht, in de wildernis, in bossen en grotten. En de nacht vormde een probleem want hij kon door wilde dieren worden aangevallen en hij was weerloos. Toen het vuur werd uitgevonden werd dat de eerste God; het betekende bescherming, geborgen-heid. Overdag is alles okee, 's nachts weet je niet wie je bent - 's nachts verdwijnt alles. De mens is geneigd
om God met licht te identificeren. Licht heeft een paar mooie
eigenschappen: het is warm, het is een bron van energie - zonder
de zon kun je niet leven, zonder de zon kan niets bestaan. In
de kern is alle leven zonne-energie. Die eet je, die drink je,
daar leef je door. Als de zon op een dag verdwijnt, koud wordt,
zal het leven op aarde verdwijnen. Binnen tien minuten, want
de stralen hebben tien minuten nodig om ons te kunnen bereiken.
Als de zon sterft, dan bereiken de oude stralen ons nog tien
minuten maar na de tiende minuut zullen er geen nieuwe stralen
meer komen en zal alles eenvoudig afsterven. We zullen ons er
niet eens van bewust zijn wat er gebeurt; niemand zal weten dat
we gestorven zijn. Dc hele planeet zal sterven - de bomen, de
dieren, de vogels, Duisternis heeft ook mooie eigenschappen. Het is oneindig. Licht is altijd begrensd, duisternis is onbegrensd. En diep van binnen is licht opwindend; duisternis is helemaal niet opwindend. Licht is warm, duisternis is koel, koel als de dood, mysterieus. Licht komt en gaat; duisternis blijft. Daarom noemen de Essenen God het duister, de nacht, want licht komt en gaat, duisternis blijft, duisternis is eeuwig. Licht lijkt een episode, het is een gebeuren. Licht kun je regelen maar duisternis kun je niet regelen; het lijkt buiten je bereik. Je kunt licht aandoen en uitdoen maar duisternis kun je niet aan- of uitdoen. Het lijkt buiten je bereik - en dat is het ook! Licht is regelbaar. Als het donker is kun je licht maken, maar je kunt geen duisternis maken; je kunt duisternis niet naar je hand zetten. En als je het licht aandoet weet je dat het tijdelijk is. Als de brandstof opraakt is er geen licht - maar duisternis is eeuwig, is er altijd. Duisternis bestaat alsof er geen oorzaak voor is, duisternis wordt niet veroorzaakt, ze is er altijd geweest, zal er altijd zijn. Daarom kozen de Essenen duisternis als symbool voor God, maar Herakleitos was de enige die beide koos. Het is logisch, rationeel, om voor een van de twee te kiezen; zo werkt de rede. Om beide te kiezen is onlogisch - de rede wordt met stomheid geslagen. God is dag en nacht - beide tesamen, geen voorkeur - zomer en winter, oorlog en vrede. Het zal moeilijk zijn voor mensen als Tolstoj, Gandhi, Bertrand Russell, om God als oorlog en vrede te zien. Zij denken dat God vrede is; oorlog is ontwikkeld door de mens. Oorlog is lelijk, een verzinsel van de Duivel - God is vrede. Tolstoj zal er niet mee instemmen, Gandhi ook niet, dat God ook oorlog is. lemand als Hitler kan 't er niet mee eens zijn dat God ook vrede is - God is oorlog; Nietzsche kan het er niet mee eens zijn dat God ook vrede is - God is oorlog. Er zijn mensen die kiezen. Herakleitos kiest niet, hij is gewoon een keuzeloos bewustzijn. Hij is er niet om te kiezen, hij is er alleen maar om te zeggen wat er aan de hand is. Hij brengt zijn eigen moraal er niet in, hij komt niet met zijn ideeën en gevoelens aan, hij weerspiegelt alleen maar, hij is een spiegel. Gandhi, Tolstoj, Ruskin zijn kiezers: ze leggen God hun eigen denkbeelden op, ze komen met het idee van vrede aan: God is vrede en dan is oorlog iets van de Duivel. Maar dat kan niet. Wat is vrede zonder oorlog? Kan er vrede zijn zonder oorlog? En hoe levenloos zal die vrede zijn als er geen oorlog tegenoverstaat? Stel je eens voor: nergens oorlog. alleen maar vrede - wat voor soort vrede is dat? Het zal een koude vrede zijn, een duistere nacht, een doods teken. Oorlog geeft intensiteit, kleur, felheid, leven. Maar als er alleen maar oorlog is en geen vrede, ook dan zal de dood intreden. Alsje kiest voor een van de twee, als je één uiterste kiest, dan is alles dood omdat het leven zich tussen de polariteiten afspeelt
Het is God die verlangt in jou en het is God die verlangenloos wordt in jou. Dat is volledige aanvaarding. Het is God die hartstocht is in jou en het is God die verlichting wordt in jou. Het is God die woede is in jou en het is God die mededogen wordt in jou. Er valt niets te kiezen! Zie het feit onder ogen: als er niets te kiezen valt en alles God is, verdwijnt je ego eenvoudig - omdat het ego alleen kan bestaan als er gekozen wordt. Als er niets te kiezen is dan is alles gewoon zoals het is; er is niets aan te doen - en God is beide. Als degene die kiest verdwijnt, als de keuze verdwijnt, verdwijnt ook het ego. Dan aanvaard je alles, dan aanvaard je domweg alles! Je hebt honger en je voelt je verzadigd - het is allebei prachtig. Je verstand heeft daar moeite mee. Het steigert, raakt in paniek, wankelt, duizelt - alsof je aan de rand van een afgrond staat. Hoe komt dat? Omdat je verstand graag een scherp-omlijnde keuze wil: 'of dit of dat', en Herakleitos zegt: 'noch dit noch dat - beide'. Als je het aan Mahavir vraagt, of aan Boeddha, zullen ze zeggen: 'Verlangen? Laat alle verlangens achter je! Word verlangenloos. - kies daarvoor! Zorg dat je tevreden wordt, intens tevreden; laat die ontevredenheid achterje!' Herakleitos gaat nog verder. Hij zegt: 'Wie is er nog om iets achter te laten? Wie laat iets achter? God is allebei!' En als je dat kunt invoelen, als je kunt voelen dat God allebei is, dan wordt alles heilig. Dan heb je, ook als je honger hebt, een voldaan gevoel. Dan bevat ook verlangen verlangenloosheid. Dan bevat ook woede mededogen. En als je geen woede kent uit mededogen, woede die mededogen is, dan weet je helemaal niet wat leven is. Als je geen duisternis hebt gekend die ook licht is, koelte die ook warmte is, als dat je niet bekend is, dan is bet belangrijkste hoogtepunt van het leven je ontgaan. Waar tegendelen elkaar ontmoeten voltrekt zich de extase, het uiteindelijke, het opperste orgasme met het Al. God is zowel man als vrouw, God is zowel oorlog als vrede. De mens heeft zich heel wat problemen op de hals gehaald door steeds maar weer een keuze te doen. De maatschappij is altijd éénzijdig gebleven. Alle maatschappijen en beschavingen zijn éénzijdig omdat alles afhankelijk is van keuze. We hebben een maatschappij in het leven geroepen die gericht is op mannen, op oorlog. De vrouw is afgesneden, ze heeft niets in te brengen - ze is duister, ze is vrede, ze is stilte, ze is passiviteit, mededogen, geen oorlog; de vrouw is verzadiging, geen verlangen. De man is verlangen, opwind ing, avontuur, oorlog, altijd onderweg, altijd iets willen bereiken, altijd ergens naar op zoek. De man is de zwerver, de vrouw is het huis. Maar wanneer ze elkaar ontmoeten, wanneer de zwerver het huis nadert, als verlangen en verzadiging, aktiviteit en passiviteit tot elkaar komen, dan ontstaat de grootst mogelijke harmonie - de verborgen harmonie. Omdat we een op de man gerichte maatschappij hebben ontwikkeld is er oorlog en is de vrede niet echt. Onze vrede is niet meer dan een hiaat tussen twee oorlogen; het is geen echte vrede, alleen maar een voorbereiding op de volgende oorlog. Kijk terug in de geschiedenis: de eerste wereldoorlog, de tweede wereldoorlog - de tussenperiode is geen vrede. De tussenperiode is er alleen om een andere oorlog voor te bereiden. Het is geen echte vrede. het is een voorbereiding. En als de vrede niet echt is, dan kan de oorlog evenmin echt zijn. Vroeger was oorlog iets prachtigs; tegenwoordig is het afzichtelijk omdat er niets tegenover staat. Vroeger waren strijders prachtmensen; tegenwoordig zijn ze gewoon afzichtelijk. De oorlog heeft je niets meer te bieden. Oorlog kán een avontuur zijn dat je naar een bestaanspiek kan voeren, iets waarvoorje alles op het spel zet. Strijders waren prachtig: ze kwamen in kontakt met de dood, ze gingen aan het front hun dood tegemoet. Nu valt er nergens meer een strijder te bekennen - hij verbergt zich achter tanks, gooit bommen zonder te weten wie erdoor vernietigd wordt. Kun je de man die de atoombom op Hiroshima gooide ecn strijder noemen? Wat voor soort strijder is dat? Hij gooit de atoombom, op slag sterven er 100000 mensen terwijl hij niet eens weet wie hij doodt, wie de vijand is - kleine kinderen... lemand stuurde me een foto uit Japan: een klein jongetje liep naar boven naar zijn kamer om zijn huiswerk te maken en dan naar bed te gaan, een heel klein jongetje. Hij droeg zijn schooltas en dacht aan zijn huiswerk. Hij stond op de trap toen de bom viel. Hij verbrandde volledig, niet meer dan een vlek op de muur, zijn schooltas tegen zich aan geklemd, zijn gedachten bij zijn huiswerk, bij de volgende dag, morgenochtend - alles werd verbrand. En de man die de bom gooide was zich er niet eens van bewust wie er gedood zou worden. Hij keerde naar huis terug en had een goede nachtrust. Hij zijn plicht gedaan, zichzelf schuilgehouden - wat voor soort oorlog is dat? Het is weerzinwekkend geworden. Een strijder had vroeger tijdens een oorlog de mogelijkheid om al zijn kapaciteiten tot een hoogtepunt te brengen. Er is niets meer van over. Oorlog is nu niets meer dan een druk-op-de-knop, de bom valt en doodt - er is geen sprake meer van konfrontatie. Oorlog zonder echte vrede wordt ook iets onechts. En als de oorlog onecht is, hoe kan de vrede dan echt zijn? We doen steeds een keuze. We hebben de maatschappij gemaakt volgens een mannelijk patroon. De man is middelpunt geworden, de vrouw is van het middelpunt verdreven. Het is éénzijdig. En er zijn tegenwoordig vrouwen die erover denken een maatschappij in het leven te roepen volgens het patroon van de vrouw. Ze willen de man van het middelpunt verdrijven. Dat is ook éénzijdig. God is zowel vrouwelijk als mannelijk; er valt niets te kiezen. En mannelijk en vrouwelijk zijn tegenstellingen: donker en licht, leven en dood. Tegenstellingen bestaan. Je moet de verborgen harmonie zien te vinden. Wie de verborgen harmonie heeft leren kennen heeft de waarheid verwezenlijkt. God is dag en nacht, zomer en winter, oorlog en vrede, verzadiging en behoefte.
Uit: Bhagwan Shree Rajneesh, De Verborgen Harmonie. Blz. 97 - 102 |
---|