terug














































































































































































































































































































































































































































































































































































































































































Baas op vakantie, hond uit logeren...




Een 'hondendagboek'










Vijftienenhalf jaar is ze:
'New Yorkse collie' Lucy.
En leek nog steeds fit.
Als ze Jao ziet maakt Matthias haar los, en ik Jao en dan komt ze als een jong veulentje aangehuppeld.
Alpha teef: tilt haar poot op, ziet wel wat in 'mijn' alfareutje.
Ik had al een paar keer op haar 'gepast'.. Was fun.
Jao voorop bij het uitlaten, maar bij bepaalde omstandigheden nam ze de leiding weer over, in ieder geval als er een teef tegemoet kwam lopen.
Ze heeft veel gereisd, Lucy, net als haar baas. Maar nu is het vliegtuigruim geen optie meer, een pension ook niet echt aanlokkelijk en zo mocht ze bij ons logeren.
Aarzeling; tweeënhalve week is lang. Mijn eigenwijze reu kan ook lastig worden wellicht in zo'n situatie. En ik twijfel of het echt wel waar is wat Matthias zegt; dat ze nog lange wandelingen aan kan. Zonder zo'n wandeling wordt Jao onpruimbaar.
Maar ze is leuk. Ik mag haar, ze mag Jao en Jao mag haar. En misschien mag ze mij ook.
En zo komt ze, aan het begin van

Zondagavond 13 juli

Lucy wordt gebracht, met op mijn verzoek medeneming van haar eigen kussen, borstel en etensbak.
Tot mijn verrassing veel voer in die bak. Van alles en nog wat. Laatste restjes van de voorraad? De reden blijkt een diarreeaanval vrijdag, en zelfs pillen daarvoor van de dierenarts.
Pff.. dat had ik graag even overlegd gehad van tevoren. Maar de pillen zouden hebben geholpen. Ik krijg het pillendoosje, maar hoogst waarschijnlijk hoef ik er niets van te geven. Ik overweeg even telefonisch dierenartsconsult de volgende ochtend, maar zal dat uiteindelijk niet doen.
Maar wat doe ik met voer, dat al de hele dag staat, ze haar neus voor ophaalt en.. misschien besmettelijk zaken overbrengt op Jao die die bak natuurlijk ook tot doelwit zal maken?
Legen in de compostbak dus.
Ook al heeft Matthias me gewaarschuwd dat ze vaker eten laat staan, in een aan zekerheid grenzende waarschijnlijkheid dat twee honden elkaar stimuleren met eten, kies ik voor geen eten laten staan.
Lucy logeert nu bij ons en wij gaan het op onze manier doen.

Later op de avond maken we de eerste en meteen nachtwandeling voor die dag. Eerst Jao los, even later Lucy ook. Ze volgt toch Jao. Elke plek die hij uitkiest om te plassen wil ze ook een poot bij optillen. Na bedachtzaam snuffelen.
Ze blijkt inmiddels toch een echt trage oude dame. En Jao doet stoer. Springt zelfs in een metershoge plantenbak om een droge boterham op te vissen. Met moeite krijg ik hem zo ver dat hij loslaat, maar als hij doorloopt blijkt hij toch nog een achter in zijn keel weggemoffeld stuk te verorberen.
Dat belooft wat de komende tijd.
Jao verdient het niet deze keer, maar enfin, Lucy wel, dus krijgen ze eenmaal thuis, toch nog 'cookies'.
Nee Jao, voorlopig ga je niet meer mee naar boven om de nacht op mijn slaapkamer door te brengen. Je blijft bij Lucy. Beneden.
"Lekker slapies doen he.." eindig ik volgens het Jao-ritueel deze dag.

Maandag 14 juli

Samen de natuur in lijkt me een mooi begin van de logeerpartij, maar een vriend heeft vanmiddag hulp nodig met zijn computer en dat wordt op zich al een fikse wandeling heen en.. terug.
De ochtendwandeling voert ons derhalve naar het park voor een 'rondje'. Opnieuw constateer ik dat Lucy echt traag is. Ze kan even pittig lopen, maar alles wat haar aandacht vraagt heeft ook tijd nodig. Ik vermoed dat ze niet meer zo goed ruikt. Of de gegevens die ze opsnuift trager verwerkt. Maar krijg allengs twijfels aan Matthias bewering dat ze stokdoof is. Ze reageert wel op wat ik zeg. Als ik het ook duidelijk voor me zie en.. het haar uitkomt.
Bij de hondenspeelweide lijkt ze aanvankelijk een sikkeneurige dame die het jongere grut links laat liggen. Jao houdt z'n gebruikelijk afstand om zijn hoge positie in de parkroedel te blijven bevestigen.
Mijn aandacht gaat naar de prachtige kop van Tabo, een golden retriever die een paar weken geleden uit het asiel is gehaald. Zo'n markante kop, maar zo'n dun lijf. Het vermoeden is dat de inmiddels twee jaar oude reu zo weinig beweging heeft gekregen dat hij onvoldoende spiermassa heeft kunnen aanmaken. Tabo betoont de oude dame alle honneurs en druipt af. Maar als we de hondenspeelweide weer verlaten, Jao zowaar keurig meeloopt, krijgt madame Lucy ineens wel zin in deze hond met kloten. Er begint een heel spel van aantrekken en afstoten tussen Tabo en Lucy. Terwijl ze net nog nauwelijks vooruit te branden was, laat ze mij demonstratief zien dat het uitlaatspel volgens haar regels dient te verlopen door zich zelfs te gedragen alsof ze een wulpse jonge teef is van Tabo's leeftijd.
Ik zie het vijf minuten met plezier aan, maar dan zijn het toch echt mijn regels die gaan gelden en ik haal haar op en lijn haar aan. Jao blijf los meelopen, maar snapt duidelijk nog weinig van de hele situatie.

's Middags gaan ze aangelijnd mee op weg naar de vriend en diens PC. Het park langs de singel waar ik normaliter Jao lekker los laat lopen op deze route is ontoegankelijk helaas.. Volledig omgewoeld en versierd met diepe geulen voor nieuwe buizen van de stadsverwarming en dientengevolge ook afgegrendeld. Maar niet ver van vriends huis is nog een parkje waar ze eindelijk allebei weer los kunnen.
Halverwege blijft Lucy op een heuveltje achter en komt niet meer in beweging. Ze ziet ook minder. Maar is ze ons nu kwijt of te moe om verder te lopen?
Uiteindelijk weer hetzelfde als 's ochtends, ik besluit haar weer op te halen. "Nee Lucy, niet weglopen. We gaan nog niet terug, we moeten nog een klein stukje verder lopen."
Bij de vriend aangekomen blijkt gelukkig dat ze nog goed trappen kan lopen een juiste mededeling. Al zal ik terechte twijfels blijken te hebben over trappen aflopen. Eenmaal binnen zijgen beide viervoeters na het e.e.a. aan waterslemperij, vermoeid neer. Lucy drentelt de rest van de middag nog wel af en toe wat rond uit nieuwsgierigheid en op zoek naar de koelste plekken, Jao schikt zich zoals gewend naar zijn lot en houdt zich gelaten gedeisd in afwachting van weer vertrekken.
Als het zover is, blaffen ze allebei van enthousiasme. Horen en zien vergaat de tweevoeters.
In het parkje terug neemt Lucy onverwacht halverwege een soort sprintje. Jao begrijpt kennelijk nog niet wat "Haal Lucy" betekent en ik moet zelfs achter haar aanrennen, wat ik moet bekopen met een reflux. Blah.
Ik zal vaker gaan bemerken dat ze op de terugweg actiever en initiatiefrijker is dan op de heenweg.

Het avondeten weer hetzelfde patroon als 's morgens bij het eten. Hoewel zelfs bij elkaar uit het zicht, schrokt Jao in de hoop nog wat van Lucy's bak te kunnen bemachtigen. Als hij klaar is moet hij daarom ons minituintje in. "Fout!" becommentarieert de vriend van de PC als ik e.e.a. met hem bespreek tijdens de gezamenlijke maaltijd.
"Zo leert hij het niet. Je moet tussen hen in gaan zitten en Jao tegenhouden als hij Lucy wil benaderen terwijl ze nog eet."

Dinsdag 15 juli

Ik maak nu de bakken voer eerst helemaal klaar op het aanrecht, geef Jao op zijn vaste plek in de keuken en Lucy op haar tijdelijke plek om de hoek in de kamer.
Lucy doet minstens 10 minuten over haar maaltijd, Jao blijft binnen 1 minuut.
Maar mijn door vriend geadviseerde waakse opstelling op een bankje tussen de twee voederplaatsen blijkt overbodig. Jao staat al verlangend te kijken met zijn neus omhoog voor de keukendeur. Als hij klaar is mag hij toch in ons minituintje? Snel lerende Jao. Ja natuurlijk mag jij nu in de tuin!
Lucy mag daar niet komen voor ze haar eerste plas heeft gedaan. Mijn handdoekgrote grasveldje verdraagt geen pootoptillende bejaarde teven.

Een half uurtje na hun maaltijd gaan we op weg naar natuurpark Bloeyendael.
Op het bosachtige pad achter de begraafplaats wordt Lucy zichtbaar enthousiast en eenmaal in Bloeyendael kijkt ze me een paar keer blij aan. Ze is duidelijk in haar nopjes met dit aspect van de logeerpartij.
We ontdekken de meest natuurlijke formatie voor onze wandelingen; Jao voorop, dan Lucy en dan ik. Tenzij Lucy weer ergens tijd voor nodig heeft, dan verlangzaam ik mijn pas en als achterom kijken niet helpt haar aan te moedigen mee te komen, blijf ik rustig even wachten. Eenmaal weer in beweging versnelt zij haar pas, passeert mij en sluit ik weer onze miniroedel.

Als ik pauzeer op een bankje, komt Jao zoals gewoonlijk met een stok aan. Lucy vermaakt zich met de nieuwe omgeving verkennen.
Na nog een stukje wandelen opnieuw op dezelfde manier pauzeren, maar na een minuut of tien blijkt Lucy toch ook belangstelling voor stokken te hebben; met een onwaarschijnlijk slimme en snelle move is ze eerder bij de stok dan Jao. Ze blaft met haar neus in de lucht een triomfantelijke "Woeh" en gaat over de stok heen staan. Als ik hem poog te pakken wordt het een stoktrekpartij. Ze is sterker dan ik en houdt vol. Mijn oog valt op een dikke afgewaaide tak met zijtakjes die in de buurt ligt. Maar Lucy is me voor. Ze zet haar tanden in de tak waar ik mijn oog op had laten vallen en na enige misverstanden gaan we met vereende krachten zijtakjes afbreken. Jao heeft ondertussen de 'afgesnoepte' tak weer te pakken. Als Lucy er met de nieuwe tak vandoor gaat, wil ik veiligheidshalve nog een tweede tak afbreken, maar alweer is ze daar en werkt mee met breken, ondertussen de eerste afgebroken tak ook nog claimend.
Ruim een kwartier ontwikkelt zich een ingewikkeld spel van twee stokken gooien en twee honden die elkaar daarbij te vlug af proberen te zijn. Af en toe klinkt er een grom of snauw als ze elkaar duidelijk proberen te maken welke stok favoriet is. Lucy geeft geen stokken af. Afleiden met een andere is de enige mogelijkheid. Jao maakt er een sport van dan snel de achtergelaten stok af te snoepen.
Jao wordt allengs ook minder bereid een stok af te geven aan mij. Ik beloon hem derhalve als hij het wel doet door de stok dusdanig getimed te gooien dat hij er als eerste bij kan zijn. Soms vergis ik me daarbij in Lucy's snel- en slimheid.
We hebben echt plezier en de onderlinge relaties zijn een stuk duidelijker als we de terugweg aanvangen. Lucy leidt en net als de dag ervoor ontkom ik niet aan een sprintje. Daar moet ik slimmer op gaan anticiperen de komende dagen. Haar 2e positie in onze wandelformatie is kennelijk alleen voor onbekende terreinen. En ze wil ons wel erg graag laten zien wat ze weet en kan. Dat moet ik positief kunnen ombuigen.

Woensdag 16 juli

Een goede vriend gaat mee vandaag op een wandeling naar natuurpark Bloeyendael.
Omdat de tweevoeters op bankjes zittend elkaar aandacht geven, moeten de viervoeters zichzelf en elkaar vaker vermaken dan gisteren. Het gaat ze goed af. Een andere hondenuitlater met 3 honden is echter wel een erg welkome afleiding. Jao's belangstelling voor een leuk Labradorteefje wordt niet op prijs gesteld door Lucy. Ze snauwt beiden af. Jao denkt de oplossing gevonden te hebben door als ze zijn doorgelopen nog eens achter ze aan te rennen. Het teefje breekt daardoor uit haar roedel, en begint een Jao uitdagende renpartij. Ze houdt echter onvoldoende rekening met Madame Lucy en wordt de pas afgesneden en in het nauw gedreven. Teefje gaat ondersteboven, Jao en Lucy gaan haar samen uitgebreid besnuffelen tot ik ingrijp en het Labradorteefje weer een weg terug naar haar eigen roedel kan bieden.
Ik herinner de tactieken van Belle en Pichoun, de ouders van Jao. Belle is de regelteef en schakelt Pichoun in indien nodig. Een verschil is er ook, zal ik de komende dagen ontdekken: Lucy wil Jao niet zien als gelijkwaardig.

Donderdag 17 juli

Vanochtend word ik voor het eerst echt enthousiast begroet door Lucy. Zo enthousiast, dat Jao op z'n beurt moet wachten.
We gaan een klein uurtje naar het park. Op de terugweg zie ik al van verre een werkman uit het huis van Lucy en co komen, die de deur achter zich dichttrekt. Als we bij hun huis zijn, blijft Lucy er voor het eerst sedert ze bij ons verblijft, even staan. Ik begrijp dat het niet met die werkman te maken heeft maar met Els, die al had aangekondigd dat ze donderdag even thuis zou zijn.. De werkman staat bij een autobusje en bevestigt dat Els thuis is, maar nu even weg.
Als ik later op de dag m'n schoenen aantrek voor de volgende wandeling, ontstaat er voor het eerst enige animositeit tussen de honden. Lucy poogt me te claimen. Jao pikt dat niet maar krijgt meteen een grauw van Lucy. Ik uit een correctie naar Lucy en probeer zorgvuldig mijn aandacht te verdelen, ze allebei het gevoel te geven dat ik ze lief vind. Voel dat m'n hart vanmorgen open is gegaan voor Lucy en dat ik Jao moet blijven bevestigen dat hij mijn hond is.
Ik denk niet goed na bij het de deur uitgaan. Of misschien onbewust wel, want ik had me 's ochtends al afgevraagd of ik Els even zou bellen om te overleggen of het toch mogelijk was dat Lucy haar even zou zien. Els had zondagavond aangegeven dat ze dat te verwarrend achtte voor Lucy, maar ik heb daar inmiddels andere gedachten over. Hoe dan ook, zonder daar bij stil te staan, neem ik weer de weg langs hun huis. Als we hun straat inlopen, komt Els net uit het huis van haar buren. "Woehoe!" loeit Lucy van blijdschap en begint hevig trekkend aan de riem op Els af te lopen. Jao wordt even enthousiast, maar dat komt hem duur te staan. Want pal bij Els valt Lucy hem in volle kracht aan. Ik moet de riemen loslaten, ze rollen over straat tot een felle berisping van Els Lucy tot de orde roept.
We kijken er niet van op. De super-alfateef van hoge leeftijd en de onstuimige alfa-reu duidt Els aan als "ze zijn allebei hartstikke macho!"
Als de rust is weergekeerd en we als vanouds elk onze eigen hond aan de lijn hebben, vraagt Els: "Hoe gaat het?"
"Heel goed! Tot een minuutje geleden dus," lach ik.
We komen overeen dat Lucy met Els meegaat en Lucy wanneer het Els uitkomt weer wordt teruggebracht.
Met Jao maak ik een lange wandeling. Hij is wat ongezeglijker dan normaal, maar is duidelijk in zijn nopjes met dat we even met z'n tweeën zijn. Thuisgekomen mag hij mee naar boven, wat sedert de komst van Lucy niet meer kon. Ook daar geniet hij zichtbaar van. Voldaan gaat hij op mijn bed liggen terwijl ik op de PC aan het werk ga.
Maar al voor een paar uur later de bel gaat, stuift hij ineens de trap af.
Als ik deur open loopt Lucy vrolijk naar binnen en Els vertelt me blij dat ze met een bezwaard hart Lucy kwam brengen, maar door het enthousiasme waarmee Lucy naar ons toe liep al gerustgesteld was.
Ik vind dat leuk te horen en eveneens dat Els vindt dat Lucy er goed uitziet.

Vrijdag 18 juli

Een vriendin gaat mee op de eerste wandeling vandaag. Bijzonder, want Jao is de eerste en tot nu toe enige hond waar ze niet bang voor is en nu gaat het ook meteen goed met Lucy. Lucy besnuffelt haar uitgebreid en betoont zich ingenomen met dit gezelschap. Zodra de omgeving het toelaat en de honden los mogen valt op dat Lucy zich heel anders gedraagt dan toen er woensdag twee mensen in de roedel meeliepen. We passen ons tempo aan en dan loopt ze rustig met ons op, wel blijft ze op ontelbare plaatsen staan, maar het snuffelen is nu veel korter.
Ik vertel ondertussen over de visioenen die me maandagnacht uit m'n slaap hielden. Het begon met een beeld van een rode kat die me bijna in m'n gezicht blies. Ik dacht aan Tabasco, m'n jaren geleden overleden kater, maar zeker wist ik het niet. Telkens als ik in sluimer geraak, is er weer een visioen. Steeds dieren, 1 x een ander visioen dat lijkt op een voorspelling. En dan sta ik oog in oog met een witte wolf die me langdurig en indringend aankijkt. Ineens begrijp ik; de visioenen hebben met m'n logé te maken, die hier haar 2e nacht doorbrengt. En die wolf, dat is haar begeleider.
M'n vriendin bevestigt me in de mooie ervaring. En bestudeert dan met extra belangstelling Lucy. "Zie je hoe ze contact maakt met die bomen?!" roept m'n vriendin uit. En ja, ze heeft gelijk, wat ik aanzag voor kort snuffelen is veel meer dan dat.. Lucy ruikt even, maar vooral, ze gaat met haar hoofd en hals langs de boom, zonder deze echt aan te raken, of hooguit met de punten van haar haren, alsof ze een intensieve kortstondige communicatie er mee aangaat. En dat herhaalt zich vele keren. "Ze krijgt energie van die bomen," concludeert m'n vriendin en haar conclusies lijken me aardig kloppend. Ik zie ook dat Lucy bij het lopen afgestemd is met mijn vriendin.. Na deze communicatie lijkt ze zeer tevreden met dat we zien wat ze doet. Ze wisselt al snuffelend/aaiend met de bomen nog een paar keer een blik uit met mijn vriendin en dan zijn we aan het einde van het bosachtige pad. Lucy snuffelt nog wat bij planten en wij wachten tot ze klaar is alvorens de brug over te steken om onze weg naar Bloeyendael te vervolgen.
Jao is vooruit gegaan en heeft zich ondertussen vermaakt met zwemmen.

Zaterdag 19 juli

Er is af en toe wat animositeit tussen de honden. Lucy is nu duidelijk de dominante hond in huis. Ik sta niet toe dat ze Jao's fysiek hogere plek, de kleinste van de twee banken, afpakt. Jao weet dat hij daar alleen op mag als z'n plaid erop ligt. Maar Lucy heeft de oplossing gevonden: als ik deze ochtend beneden kom, blijkt ze de andere bank in beslag genomen te hebben. Gelukkig reageert ze goed op mijn berisping en ik maak de bank schoon.
Lucy blijft het gemunt hebben op Jao's lievelingsspeeltje, een plastic piepbal. Ze pakt hem met een grauw en gaat er dan boven staan. Het kost enige moeite om hem terug te pakken. Ik besluit het te doen met een trucje, Lucy even afleiden en Jao grijpt z'n kans en de bal terug.
Alle andere speeltjes mag ze hebben, maar ze claimt al vanaf de eerste dag alleen 2 speeltjes: een fabrieksgemaakte kluif die Jao net als alle andere fabriekskluiven alleen gebruikt om mee te spelen en een kleinere niet piepende bal. Echt spelen doet ze af en toe met een tennisbal.
Lucy is vandaag tamelijk onverdraagzaam naar Jao, ze is duidelijk bezig haar positie te versterken. Ze is bezig Jao's grenzen over te gaan, hij wordt het zat. Begint ook grommen te geven. Als ze weer vanwege de piepbal bijna elkaar in de haren vliegen, besluit ik Jao's positie te versterken door hem in kleine dingen een beetje voor te trekken, Lucy daarmee goed te laten zien dat hij mijn hond is en zij gast. Ook al besef ik dat een hond het begrip 'gast' niet zal (er)kennen.
Het werkt.
Ik hoop maar dat e.e.a. mede wordt veroorzaakt doordat het weer niet meewerkt. Het is te buiig voor echt lange wandelingen, maar we slagen er gelukkig wel twee keer in enige tijd genoeglijk in het park te wandelen en te verblijven tussen de buien door.
Na een wandeling zijn ze allebei zo mak als wat.

Zondag 20 juli

Het blijft uiterst wisselvallig weer en de buien zijn in hevigheid toegenomen.
We slagen erin droog naar en van Bloeyendael te komen. Van Bloeyendael zelf zien we minder dan gepland. Als ik net even een wandelpauze inlas op een bankje, pal bij de toegang naar het Provinciehuis, voel ik de eerste spatten. De enorme hoosbui komt zo snel tot stand dat hollen naar het Provinciehuis niet kan voorkomen dat de honden drijfnat worden. Lucy doet niet zo moeilijk over regen als Jao, maar ze begint bij zoveel waterval eigengereid schuilplaatsen te zoeken. Gelukkig heeft ze snel door dat ik hollend leid naar een betere plek.
Geruime tijd lopen we onder het Provinciehuis. Prachtig gebouwd is dat toch. De begane grond bestaat voor een groot deel uit palen die het gebouw dragen en overal waar de bebouwing ophoudt, zijn groene, waterrijke plekken. Het groen is er net zo natuurlijk en wild als in het aangrenzende Bloeyendael en wordt ook tussen de bestrating niet verwijderd, waardoor het gebouw prachtig in de natuurlijke omgeving is geïntegreerd. Lucy vindt het er ook wel boeiend, loopt af en toe onder de overkappingen weg om in de regen een plek nader te bestuderen, maar kiest dan toch ook weer voor de beschutting tegen het hemelwater. Jao, die de omgeving goed kent voelt zich door haar interesses kennelijk zo gestimuleerd dat hij ook steeds natter wordt.
M'n voornemen om een echt lange wandeling te maken, valt letterlijk in het water en als de bui iets afneemt, gaan we langs bestrate routes terug naar huis. Het laatste stukje schijnt de zon.
Opvallend vind ik dat Lucy zich niet uitschudt. Als ik haar thuis, na Jao, afdroog vindt ze dat wat onwennig. Ik merk dat haar vacht wel nat is, maar haar huid niet. Misschien is niet afdrogen wel prettiger voor haar.
Ik doe net of ik een krant wil lezen op de bank, maar in feite plan ik dat ik boven ga schrijven aan dit dagboek, zeker wetend dat Lucy dan toch op die plek gaat liggen, m'n bank beschermend door de achtergelaten krant. Zou ze m'n trucjes door hebben?
Van de honden heb ik inmiddels geleerd dat in beelden denken perfect begrepen wordt door ze.
Zouden honden wellicht via beeldtelepathie contact hebben met elkaar?

Ik blijk een antwoord op een mail te hebben van een bevriende schrijfster.
Ze schrijft toevallend o.a.:
"Herken ook je terughoudendheid w.b.t. je natuurlijke dominantie.
Ik denk, iets in mij denkt dat tenminste, dat je daarom nu ook je hond hebt gekregen.
Samen met hem kan je je natuurlijk vermogen ahw fine-tunen."
Ze heeft ook een hond en ik mail haar vrolijk terug over de twee alfa's hier in huis.
Vanaf z'n eerste verjaardag begon Jao allerlei 'macho' gedrag te vertonen. Ik had daar moeite mee. Wist ook nog niet zo veel van 'roedelgedrag' en had me nimmer verdiept in het begrip 'alfahond'. Dat werd hard studeren. Opvallend was dat als ik e.e.a. met andere honden'bezitters' besprak, de meesten klaar stonden met adviezen dat ik moest uitkijken dat hij niet te 'dominant' werd etc. Er klopte iets niet met die opmerkingen voelde ik, maar ook in het boek dat ik las kwam het woord 'dominant' veel voor...
Tot ik de problemen die ik ervaarde met Jao in relatie tot andere honden besprak met een vriend die lachend zei: "Maar jij bent toch ook een alfateef".
Een 2e vriend die bij dat gesprek was keek me geschrokken aan, maar ik begreep: " Ja, en ik wil ook mezelf kunnen zijn."
Ik heb daarna nog meer dan 100 non-verbale gedragingen van honden uit m'n hoofd geleerd, waardoor ik beter kon anticiperen op Jao's acties en binnen no-time was ons miniroedeltje weer zoals het hoort: Ik leid en hij krijgt als ik het goed vind de ruimte om met honden om te gaan zoals hem dat goeddunkt.
En hij doet het geweldig!. Hij blijkt een enorme regelneef, maar zijn hoofddoel is gevechten vermijden lijkt het.
Superalfateef Lucy schat ik inmiddels vergelijkbaar in. Alleen is zij sneller sikkeneurig en van daaruit initiatiefrijker met grauwen.

Maandag 21 juli

Weer regen. Jao wordt onrustiger. Op onze eerste wandeling blaft hij bijv. tegen de parkeerwachten en laat zich niet corrigeren. Lucy maakt van de intensere poging daartoe gebruik door rustig op de stoep te poepen. M'n voorraad plastic zakjes die ik recycle van groente-aankopen e.d. slinkt snel. Maar gelukkig vertoont Lucy een poeppatroon van de rest van de dag in boterhamzakjes passende hoeveelheden.
Ik zal wel nooit begrijpen waarom de meeste hondenbezitters vinden dat hondenbelasting betalen een vrijbrief is om de troep zelfs op plaatsen waar iedereen moet kunnen lopen niet op te ruimen. Met twee honden is m.n. het begin van de eerste wandeling meer werken dan echt lekker uitgaan, maar ook nog goed te doen. Alleen 's avonds laat, als ze loslopen, kan ik soms doordat ze alletwee tegelijk een andere plek uitkiezen, de uitwerpselen van m.n. Jao in het donker niet terugvinden. Maar dat betekent op zich al dat het geen loopplaatsen betreft. Toch vind ik ook dat vervelend.

De honden kunnen vandaag duidelijk hun energie niet kwijt.
Lucy krijgt als ik weer eens even beneden kom een aanval van super-blijheid en rent de kamer op en neer, maakt zelfs sprongetjes naar mij en heeft grote schik, zelfs in dat ze af en toe in haar wildebrasserij uitglijdt.
Als een vriend op bezoek komt, komt ze net als Jao met speeltjes aan. Dat is lastig, omdat er ook direct concurrentie ontstaat. Maar twee mensen zijn wel de oplossing om tot spel te kunnen komen zonder dat de viervoeters elkaar in de haren vliegen.
Jammer dat Lucy niet echt met Jao wil samenspelen.
Ik mis de touwtrekpartijen, samen stokken sjouwen en andere vormen van saamhorigheid die Jao en o.a. de blindengeleidehond die we af en toe uitlaten, ten toon spreiden. Het begint me ook op te vallen dat de honden elkaar niet meer likken of anderszins genegenheid betonen.
De relatie is duidelijk; Lucy is de éminence grisee, Jao weet nog net een paar plekken voor zichzelf te bewaren. Hij is nog maar zelden op een andere plek te vinden dan op z'n plaid op het kleine bankje, op z'n hoede liggend of waakzaam naar buiten kijkend.
Maar inmiddels heeft hij voor als hij het echt te warm heeft, het koelste plekje in het huis, op de vloer tussen de eettafel en de muur terugveroverd. Dat is bemoedigend, want Lucy's vaste plek met haar eigen kussen is slechts een half metertje verder, tegen dezelfde muur.

Dinsdag 22 juli

Hoewel soms nog wat aarzelend achter intensief veranderende wolkenpartijen, schijnt de zon vandaag!
We nemen, gerekend vanaf Lucy's komst bij ons, de langste wandelroute door groenstroken aan de rand van de stad. Aanvankelijk lijkt Lucy er weinig zin in te hebben. Ze sjokt met ons mee, maar zodra we op voor haar nieuw terrein komen en ze daar los mag, is ze prompt een en al energie. Ik begin de blikken die ze me geeft beter te begrijpen en zeker weten; deze zijn tekenen van blije waardering.
Ik krijg vertrouwen in dat we elkaar beter beginnen te begrijpen. Als we na het keerpunt van onze wandelcirkel in Bloeyendael aankomen en ze vol zelfvertrouwen weer eens een sprintje inzet, blijf ik op mijn beurt vol zelfvertrouwen mijn weg vervolgen naar het bankje waar ik van plan was even te pauzeren.
Ik heb deze wandeling al eerder gemerkt dat ze goed reageert op een scherpe fluittoon en eenmaal op het bankje zet ik die fluittoon in i.p.v. achter haar aan te lopen en ons zo weer een verkorting van onze plezierige tijd in de natuur te laten aanleunen. Als mijn zelfvertrouwen al een beetje begint te tanen komt ze alsnog aangelopen. Helemaal blij en enthousiast rennend komt ze op me af en stormt nog even een paar meter voorbij me door.. "Goed zo Lucy!" roep ik haar ondertussen blij tegemoet.
Haar vooruit lopen is vanaf dat moment veranderd. Ze kan er flink de pas inzetten als ze weet dat het de terugweg is, maar nu benut ze die ruimte om kleine zijpaadjes te verkennen en blijft keurig wachten tot we bijgelopen zijn.
We hebben een genoeglijke middag, maar eenmaal thuis blijkt Lucy wel heel vermoeid..
Voor de laatste wandeling 's avonds is ze nauwelijks te porren. Het lijkt of ze slaperig meewandelt en voor het eerst loopt ze ook even naar haar eigen huis. Als ze bij ons terugkeert is ze weer een en al vrolijkheid.

Woensdag 23 juli

Was de wandeling teveel gisteren of heeft Lucy om een andere reden een 'mindere' dag? Ze gedraagt zich in ieder geval vermoeid.
Als we eind van de middag op weg gaan naar het verjaardagsetentje van een vriend, loop ik een fikse tijd met een hond voor me die bruist van energie en steeds gecorrigeerd moet worden niet teveel te trekken en een hond die achter me aan sjokt.
Gelukkig is het park langs de singel weer toegankelijk. De stadsverwarmingsbuizen zijn in de grond, de geulen gedicht. Er staan nog steeds hekken, maar die zijn nu open en hoewel tamelijk oneffen is het prima beloopbaar. Lucy krijgt er zelfs even zin in. O.a. diverse zandhopen hier en daar en andere onbekende geurgevers zijn weer uiterst interessant. Jao en Lucy zijn collectief in hun onderzoek. Jao is sneller klaar dan Lucy en snelt dan weer vooruit, maar Lucy loopt steeds met een blij drafje goed bij.
Na weer een stukje aan de lijn, komen we nu van een andere kant dan vorige week maandag door het Vondelparc.
Maar bij hetzelfde heuveltje blijft Lucy weer onwrikbaar staan. Dit keer staat ze iets lager en draait haar kop tegen de wind in naar een van de zijpaden. Ik neem me voor Matthias en Els daar naar te vragen. Geven ze soms les in een van de scholen hier?

's Avonds op de terugweg blijft Lucy lang snuffelen bij een boomspiegel. Ik ben te laat met haar daar weg halen. Er blijken van die gemene grasaartjes te staan en Lucy krijgt enorme proestbuien. We vrezen dat zo'n scherp aartje in haar neus is gekomen en zien al visioenen voor ons van midden in de nacht naar de dierenarts gaan. De vriend is zelfs boos op me. Ik had beter moeten opletten vindt hij: hij had me toch al vaker verteld over de problemen die zijn overleden hond had ondervonden door zo'n grasaartje, door hem 'kruiper' genoemd.
Maar tien minuten later neemt het geproest af. In het voornemen haar goed in de gaten te houden vieren we de goede afloop en het einde van de jaardag van de vriend met een koud biertje op een terras.
Na middernacht blijkt het in het Zocherpark langs de singel donkerder dan verwacht. De oneffen grond vergt voor de tweevoeters fikse aandacht en de honden reageren begrijpend. Vooral Lucy blijft, los en wel, opmerkelijk sociaal bij ons in de buurt.
De niet meer jarige vriend moet toegeven dat zijn nachtelijke begeleiding met twee zulke sociale honden in feite overbodig is. Maar leuk is het wel.

Donderdag 24 juli

Een echt zomerse dag die we beginnen met een korte wandeling door het park zodat ik daarna lekker tijd heb om in de zon te lezen.
We passeren een man met jong blond dochtertje die niet door heeft dat haar onverwachte zwaai met haar arm voor Jao overkomt als een uitnodiging te proeven van het broodje in haar knuistje. Gelukkig laat Jao zich goed corrigeren. Maar dan valt Lucy's gedrag me op. Ze heeft de gebeurtenis op een afstandje gevolgd en trekt op de mij inmiddels bekende wijze olijk haar hoofd opzij en kijkt me aan. Dan kijkt ze een paar keer heen en weer van mij naar het meisje. Het meisje is een stukje groter en ouder dan het bijna tweejarig dochtertje van Els en Matthias, maar ik zie.. ze denkt daaraan, of ziet beelden terug.
Dan ineens snelt ze vooruit en legt in de buurt van twee jonge mannen die picknicken tegen een boom een extreme belangstelling voor grassprietjes een metertje bij hen vandaan aan de dag. Ze reageert niet op mijn verzoeken te komen dus moet ik haar gaan halen. Jao krijgt het groepje daardoor ook in het oog en heeft belangstelling voor hun voedsel. Ik lijn hem aan en bemerk dat de mannen Amerikaans spreken.
Nu begrijp ik waar de aandacht van Lucy, die zoveel jaren in de States heeft doorgebracht en ook de laatste jaren daar nog diverse keren is geweest, wezenlijk naar uitging.
Wonderlijk mooi te merken hoe ze deze dingen krijgt aangereikt en ik besef dat ze gisteren vermoedelijk meer last van heimwee had dan van vermoeidheid door de lange wandeling van de dag ervoor..

Ik besluit te gaan logeren bij een vriend om o.a. van daaruit meer tijd voor mijn moes/kruidentuin te hebben, want dat schiet er bij in sedert Lucy hier logeert.
Lucy heeft de vriend al eerder meegemaakt op een wandeling en lijkt het allemaal best te vinden.
Maar als ik naar de tuin ga en de honden bij de vriend blijven, helpen zelfs diverse koekjes niet om te voorkomen dat ze toch achter me aan de trap af gaat.

Vrijdag 25 juli

Ook de volgende dag vindt Lucy het onbegrijpelijk dat ik haar en Jao niet meeneem als ik naar de tuin ga.
Als ik na twee uurtjes terugkom hoor ik dat ze zelfs een keer de trap afgelopen is om bij de buitendeur op mijn komst te gaan wachten.
En die trap vindt ze lastig, maar mijn afwezigheid nog meer kennelijk.
Als we terug gaan naar mijn huis, is het net of ze daar al jaren woont.

Zaterdag 26 juli

Donderdag had Lucy bij de eerste wandeling een korte niesbui en vrijdag heb ik haar maar éen keer kort zien niezen. Als ik na de nachtrust beneden kom en ze een fikse proestaanval van een kwartier krijgt, is het dan ook even flink schrikken.
Ik laat haar zoals elke ochtend even snel voor de deur een plas doen en ga dan naar boven voor douchen en aankleden. Ik surf over internet om de gegevens van Lucy's dierenarts te vinden. He, hadden we nu maar niet uitgeslapen, er blijkt eerder vanochtend een inloopspreekuur te zijn geweest. Er is nog geen half uur voorbij sedert we zijn opgestaan, maar Lucy begint ineens heftig te blaffen en Jao sluit zich daar bij aan. Ik heb mijn vermoedens en die worden helaas bewaarheid; Lucy heeft in de huiskamer gepoept.
Ik doe niet al te streng, ze heeft het moeilijk vanochtend.
Na het opruimen bel ik haar dierenarts.
Hij bevestigt wat ik al wist: verwijderen van een grasaartje ("kruiper") moet onder verdoving.
"Nee, ze proest nu niet meer, maar ik ben wel bezorgd".
De dierenarts vindt dat het geen reden is om naar de praktijk te komen. Hij vraagt wanneer de eigenaar terugkomt en suggereert min of meer het tot dat moment aan te kijken. Hij geeft een tip over als ze gaat proesten haar neus even bedekken met natte lap of washandje. En ja, als het echt ernstig wordt, mag ik weer bellen.
Helemaal gerust ben ik niet. De dierenarts klonk duidelijk kortaf en op de achtergrond hoorde ik spelende kinderen. Misschien had hij andere dingen aan z'n hoofd, het is tenslotte weekend.

Vanwege de hitte wil ik het park vermijden. Jao is niet uit het water te houden met zulke temperaturen, maar ik vertrouw het water in de vijver niet meer. Vorig jaar na een paar dagen hitte was Jao drie dagen ziek van dat water en ook vorige week had hij een halve dag diarree nadat hij een paar slokjes had gedronken. Onderweg naar Bloeyendael ontmoeten we een 'hondenvriend' die ik even consulteer over Lucy neusproblemen. Hij begint meteen over de overleden hond van onze gezamenlijke vriend. Ook hij kende dat verhaal dus. Hij vindt de geconsulteerde dierenarts 'een lul' en raadt me een andere in de buurt aan. Daar ben ik met Jao ook diverse keren geweest.
Ik besluit eerst de honden een feestelijk uitje te geven en vervolg mijn weg naar Bloeyendael. Lucy sjokt mee, verzet geen stap als ze merkt dat we niet een simpel 'rondje park' gaan doen. Ik lijn haar weer aan en zoals steeds vindt ze dat heel gezellig, kijkt me af en toe aan en betoont vrolijke solidariteit. Ze veert helemaal op als we bij het bosachtige pad achter de begraafplaats arriveren en ik de honden zoals altijd daar loslaat. Jao wordt ook superblij, want hij vindt weer eens een tennisbal.
Bij de prachtige poel in Bloeyendael gooi ik die bal voor Jao in het water. Maar tot mijn verbijstering is Lucy eerder in het water dan hij.... Ik had me onderweg al afgevraagd of ze (nog) wel eens zwom, nou dat antwoord geeft ze nu dus. Jao plonst er achter aan, maar Lucy bemachtigt de bal. Het is een prachtig gezicht als ze zij en zij naar de oever zwemmen, Jao doet al zwemmend nog een kleine poging de bal te bemachtigen, maar Lucy houdt hem fier met haar neus in de lucht boven water. Ook in het water is ze hem de baas.
Ondanks dat het een natuurlijke oever is, ze met haar poten op de bodem kan staan en dan al deels uit het water steekt, de kant op vele plaatsen minder dan 20cm hoog is, lukt het Lucy niet zelfstandig uit het water te komen. Haar loodsen naar een plek waar de oever nauwelijks 10 cm hoog is, helpt ook niet. Om haar heen is het water al snel helemaal modderig en de oever wordt glibberig van haar pogingen. Het lukt me om zonder zelf in de modder te gaan staan haar met een beetje trekkracht boven aan haar voorpoten uit het water te helpen.
Ze is door het dolle heen. Rolt uitgebreid over gras, gaat rondjes rennen als een pup, rolt dan weer in het gras enz..
Jao zou het bezien met half open bek, ware het niet dat hij tijdens de klauterpogingen van Lucy natuurlijk al lang zijn kans schoon zag om de bal te bemachtigen en na het tafereel even gadegeslagen te hebben gooit hij steeds nadrukkelijker de bal voor mijn voeten.
Lucy blijft zich vermaken met snuffelen en rollen en af en toe een sprintje terwijl ik nog een half uurtje af en toe de bal gooi voor Jao. Het is de eerste keer sedert bijna 2 maanden dat hij weer met een bal mag spelen na zijn linkervoervoet gewond te hebben en hij geniet zichtbaar.

Eenmaal thuis bel ik 'mijn' dierenarts.
Deze dame neemt de tijd. "Als het echt nodig zou zijn om hem te verwijderen, moet u naar de praktijk komen. Maar dat zou ik het liefste zien op maandagmorgen, want ze krijgt een roesje en doordeweeks kunnen we haar beter in de gaten houden daarna dan in het weekend."
Ik denk aan de verhalen van mijn vriend over hoe dieper, hoe erger. Maar als ik mijn bezorgdheid uit over het steeds dieper gaan van het grasaartje, legt ze uit dat dat juist geweldig zou zijn, want dat hij dan uitkomt bij de huig en dan is Lucy van het probleem af.
Door de rustige en gedegen manier van overleg en voorlichting, ben ik nu een stuk geruster. Ik hoop dat ik Lucy kan duidelijk maken dat ze juist diep in moet snuiven om het probleem op te lossen en besluit te vertrouwen op een natuurlijke afloop.
Zo niet, weet ik dat ik vroeg op moet staan, haar nuchter moet houden - wat geen probleem zal zijn want Lucy 's ochtends laten eten vergt veel animaties.

Zondag 27 juli

Toen we gisteren gingen slapen, twaalf uur nadat Lucy had gezwommen, was ze nog steeds behoorlijk nat. Nu ziet haar vacht er tamelijk rattig uit en ik borstel de vet-vochtige bovenvacht net als vannacht met de rubber 'droppunt'-borstel van Jao.
Als het aan mij ligt, geen zwempartijen meer. Een grote plek op het parket is nu wasloos en nog steeds vochtig van haar amechtig liggen daar. Maar belangrijker, die amechtigheid geeft de indruk dat het voor Lucy te zwaar is.
We gaan naar wat voor Jao veelbetekenend heet 'Park en de hondjes' en inderdaad veel hondjes en honden deze zaterdag en diverse 'hondenvrienden' zodat we daar anderhalf uur genoeglijk verblijven op een schaduwrijke plek bij de hondenspeelweide. Het risico van het slechte vijverwater nemen we dan maar weer eens.. Ik heb niet veel keus: Jao verveelt zich en Lucy kan het duidelijk niet opbrengen vandaag, een echte wandeling.
Ze vertoont weinig beweging, maar aan gezag inboeten hoeft ze niet. Ze kan zoveel met blikken dat alle honden ontzag betonen.

Gelukkig maar 2x een korte nies vandaag..

Maandag 28 juli

Weer een spontane logeerpartij bij mijn vriend.
Opvallend is hoe Lucy daar weigert gehoor te geven aan 'Blijf!" Of 'Wacht!" met of zonder toelichting "ik ben zo weer terug", het helpt allemaal niet; zodra ik de trap tussen de twee verdiepingen van vriends huis neem, wil ze achter me aan, of ik nu alleen naar het toilet ga, een drankje inschenk, wat dan ook.
Jao begrijpt die commando's wel.
Maar of dat de reden is dat hij haar telkens de weg probeert te versperren?
Ik betwijfel het. Ik denk meer dat hij zijn kans schoon ziet omdat Lucy op de trap kwetsbaar is..
Lucy is weer heel moe vandaag. Tijdens wandelen sjokt ze, ook als ze los loopt. Sedert zaterdag maken we alleen nog korte wandeltochtjes. Ik heb heel wat tijd voor allerlei gesprekjes met andere hondenvrienden op allerlei bankjes in groenstroken en vooral die bij de hondenspeelweide in het park. Op die manier zijn we toch lang buiten, kan Jao een beetje z'n energie kwijt en ook Lucy geniet er zichtbaar van.
Of het nu aan het warme weer, haar conditie, haar heimwee, haar leeftijd ligt of alles tezamen, duidelijk is in ieder geval dat ze echt heel moe is en het liefst alleen maar slaapt en buiten een beetje rondkijken, zich af en toe ergens mee bemoeien is haar daarnaast genoeg..

En ze is toe aan intensieve borstelbeurten. Ik borstel een grote emmer vol haar uit haar vacht. Na de zwempartij is kennelijk de rui ingezet. Ze geniet er duidelijk van, blijft staan als ik er genoeg van heb. Nou vooruit, nog eventjes dan. Morgen doe ik het nog een keer.

Midden in de nacht worden we wakker omdat de honden heel onrustig zijn.
De slaapzolder van mijn vriend heeft ramen die uitzicht bieden tot ver over de stad. De hemel en de zolder worden elke paar seconden verlicht door enorme bliksemflitsen.
Lucy is kennelijk bang voor onweer. Ze hijgt, loopt onrustig rond en heeft Jao, die normaal niet reageert op onweer, aangestoken.
Ik ga even een plas doen, zeg: "we gaan weer slapies doen" en zie dat Jao zijn hoge plek aan Lucy heeft afgestaan.
Het zij zo. Maar aan het onweer en hun gedrag besteed ik zorgvuldig geen enkele aandacht.
's Ochtends blijkt mijn vriend het ook gemerkt te hebben.
"Wat een watjes die honden," lacht hij bij het opstaan.

Dinsdag 29 juli

Vanochtend eindelijk weer een levendige Lucy. Ze begroet me enthousiast en heeft Jao's gedrag van met een speeltje dollend blijdschap uiten, gekopieerd. Ze dartelt met een bal als een puppie, onderwijl voorkomend dat Jao zijn ochtendbegroeting kan uitvoeren. Na vijf minuten vind ik het echt welletjes. Ik duw haar zachtjes opzij en begin de knuffelpartij met Jao. Het bevalt madame niet, maar ze moet nu toch echt weer op haar beurt wachten.
Daarna de andere ochtendrituelen: eerst de waterbakken verschonen, dan de etensbakken goed schoonmaken en hondenmaaltijden bereiden. Ik heb er al een gewoonte van gemaakt 1 portie over twee bakken te verdelen en Jao na een poosje Lucy's onaangetaste portie ter beschikking te stellen. De enkele keer dat Lucy trek heeft in de ochtend, vul ik terwijl ze eten aan.
Maar inmiddels is gebruikelijk dat ze 's ochtends geen zin in eten heeft.
Ongebruikelijk is dat ze gekke geluidjes maakt, alsof haar maag oprispt.
Ik kleed me snel aan en inderdaad in het park is ze alleen geïnteresseerd in het zoeken van kruidige grassprietjes.
Een korte wandeling deze ochtend, want ik wil naar de markt.
Later in de middag ga ik weer 'bankjeszitten' in het park. Ik kies een bankje waar de zon wel komt, maar enigszins gefilterd door het bladerdak van de bomen.
Het wordt een genoeglijke lange namiddag, met veel leuke honden en dito baasjes.
Ik maak voor het eerst mee dat Jao enthousiast wordt als we de sessie beëindigen. Maar we zijn ook ruim twee uur in het park gebleven...
Als we op de terugweg langs Lucy's huis lopen, blijft ze heel lang snuffelen.
Ik kan haar eindelijk geruststellen:
"Morgen Lucy, nog 1 nachtje slapies doen, dan komen Matthias, Els en Emma weer terug. Dan kun je weer naar huis".
Thuis wacht een fikse hondenonderhoudsklus;
Ook bij Jao heeft nu de rui ingezet.

Gisteren nog 1 klein niesje, maar gelukkig helemaal geen niespartij vandaag.
We maken de avondwandeling als het al een uur
Woensdag 30 juli
is.
Ik realiseer me vannacht met een prettig, dankbaar stemmend gevoel, dat we langzaam maar zeker op onze wandelingen een bij ons horend, natuurlijk ritme en dito omgang hebben ontwikkeld. Een gang van zaken die door Lucy is aangegeven. We starten aangelijnd, Lucy doet vrijwel meteen haar eerste plas en als we geen wegen van belang meer over te steken hebben, gaan ze los. Jao er dan als een speer een flink eind vandoor, Lucy volgt hem langzaam een stukje, maar komt dan weer naar mij gesjokt. Zij en ik trekken samen op, als Lucy stilstaat wacht ik. Ze snuffelt dan kort tot ik weer langzaam voort ga en loopt weer bij. Soms loopt ze iets vooruit, maar wacht dan weer tot ik ben bijgelopen. We hebben een goede verstandhouding op deze manier, wandelen echt samen in continue contact. Jao wacht telkens tot we weer dichterbij staan en gaat dan weer jeugdig hollend een stuk vooruit. Gebeurt er wat, bijvoorbeeld als een kat ons pad kruist, wordt Lucy even een en al levendigheid. Maar los daarvan zijn zij en ik samen uit en worden we begeleid door een levendige en sociale Jao. Tot Lucy's spieren warm zijn en dan zijn de twee honden samen en volg of leid ik en dan is Lucy degene die in de gaten houdt dat we niet te ver van elkaar raken. Op deze manier gaat ze op de terugweg ook niet meer ver vooruit. We zijn een drie-eenheid geworden.
Ik ben haar dankbaar voor de les. Knuffel haar extra als we weer thuis zijn.
Na de gebruikelijke koekjes en het nachtkluifje is het tijd voor de nachtrust.
De logeerpartij is bijna voorbij.

Hoe de hereniging van Lucy met de tweevoeters in haar eigen 'roedel' is, laat zich makkelijk raden en ik sluit in de vroege ochtend dit dagboek af.

Dag Lieve Lucy.
Geniet van je eigen roedel.
We zien je vast wel weer!


Marja Oosterman


Foto's: Francis van Boxtel e.a.